What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhaling
Maak een zin met "ensemble"
1 / 19
next
Slide 1:
Open question
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Maak een zin met "ensemble"
Slide 1 - Open question
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
Zegt iets over een zelfstandig naamwoord
In het Frans past het bn zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.
Il est petit
Ell
e
est petit
e
Il
s
sont petit
s
Ell
es
sont petit
es
Slide 2 - Slide
Lidwoorden
Le > mannelijk enkelvoud “de/het”
La > vrouwelijk enkelvoud “de/het”
Les > meervoud
Un > mannelijk enkelvoud “een”
Une > vrouwelijk enkelvoud “een”
Slide 3 - Slide
Kies het juiste antwoord:
J’ai une petit / petite / petites / petits soeur.
A
petit
B
petite
C
petites
D
petits
Slide 4 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
J’ai un grand/grande/grandes/grands chien
A
grand
B
grande
C
grandes
D
grands
Slide 5 - Quiz
Kies het juiste antwoord:
Elle a les cheveux court/courte/courts.
A
court
B
courte
C
courts
Slide 6 - Quiz
Bijvoeglijk naamwoord 2
Meestal staat het bijvoeglijk naamwoord achter het zelfstandig naamwoord.
Deze bijvoeglijk naamwoorden staan
VOOR
het zelfstandig naamwoord:
1. bon / bonne / bons / bonnes (goed)
2. beau / belle / beaux / belles (mooi)
3. nouveau / nouvelle / nouveaux / nouvelles (nieuw)
4. vieux / vieille / vieux / vieilles (oud)
5. grand / grande / grands / grandes (groot)
6. petit / petite / petits / petites (klein)
Slide 7 - Slide
une vieux / vieille / vieilles maison
A
vieux
B
vieille
C
vieilles
Slide 8 - Quiz
les nouveau / nouvelle / nouveaux voisins
A
nouveau
B
nouvelle
C
nouveaux
Slide 9 - Quiz
J'ai un grand / grande / grands / grandes lit
A
grand
B
grande
C
grands
D
grandes
Slide 10 - Quiz
Werkwoorden op -er
1. Je haalt eerst –er weg > je houdt de stam van het ww over
2. Juiste uitgang achter de stam (blz. 91)
Slide 11 - Slide
Il ______ (habiter) aux Pays-Bas
Slide 12 - Open question
Tom et Lisa _______ (travailler) ensemble.
Slide 13 - Open question
Nous _______ (adorer) Paris.
Slide 14 - Open question
Vous ______ (détester) la ville?
Slide 15 - Open question
Vertaal:
Mijn kamer is groot
Slide 16 - Open question
Ik heb een klein bed.
Slide 17 - Open question
Ik heb een nieuwe tafel en een oude stoel.
Slide 18 - Open question
Ik deel mijn kamer met mijn broer.
Slide 19 - Open question
More lessons like this
Bijvoeglijk naamwoord
November 2023
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2
Cours 2A 12 april
April 2022
- Lesson with
10 slides
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Ch.1 - L'adjectif _ 3hv _ check of ze het nog kennen _ 2023-2024
September 2023
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
L'adjectif
December 2023
- Lesson with
29 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2-4
H2 Bijvoeglijk naamwoord
February 2024
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Bijvoeglijk naamwoord 3e klas sept 2023
September 2024
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Bijvoeglijk naamwoord klas 2
December 2023
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Bijvoeglijk naamwoord klas 2
7 days ago
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2