Les 16 - 1HN - Dinsdag 26 nov.

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Les 16 - 1HN

Spelling

DOME

Planning

1. Voorlezen

2. Herhaling

>Samen oefenen

3. Afsluiten

Voorlezen

Cursus 7 - Spelling

Toets ingepland op dinsdag 3 december

§1 - Hoofdletters en leestekens

-Aan het begin van de zin

-Namen

-Woorden die van namen afgeleid zijn

Punt: markeert einde van de zin

Vraagteken: vragende zinnen

Uitroepteken: bij een uitroep

§1 - Hoofdletters

1. mevrouw van der valk

2. meneer van dam

3. l. van dam

 europa / nieuwkoop / noorden / zwitserland / februari / friese koe / maandag / ashramcollege

§1 - Punt, uitroepteken, vraagteken

1. zullen we morgen naar de stad gaan

2. wanneer lieke uitval heeft voor frans is ze heel blij

3. kijk uit

§2 - Laatste letter -d of -t

Verlengproef

+-e, -en, -eren of -ig

blad - bladeren

koud - koude

§2 - Laatste letter -d of -t

Hoe maak je deze woorden langer?

1. bot

2. kapot

3. hart

4. rood

5. kruidnoot

§3 - Bijvoeglijk naamwoord

-Lange vorm

een -f- in een -v- veranderen : lief → lieve

een -s- in een -z- veranderen: grijs → grijze

de laatste letter (medeklinker) verdubbelen: fris → frisse

een a, e, o of u (klinker) weghalen:zuur → zure.

§ 3 - Bijvoeglijk naamwoord

1. Lang → Lange

2. Griezelig →

3. Wijs →

4. Dwaas →

5. Karton →

6. Staal →

§4 - Meervouden

Alleen bij zelfstandige naamwoorden

+en

+s

-F verandert in een v > brief

-S verandert in een z > huis

-Medeklinker verdubbelen > pit

-Klinker wordt weggehaald > muur

§4 - Meervouden

1. muis

2. hek

3. stift

4. vuur

5. poster

6. bord

7. wielrenner

§5 - Verkleinwoorden

-Van zelfstandige naamwoorden

Letters worden toegevoegd

+pje (boom)

+tje  (mier)

+etje (ster)

+je (klok)

ng > g vervangen door k (soms)

§5 - Verkleinwoorden

1. Hond

2. Raam

3. Kam

4. Koning

5. Kraal

kring/woning/beloning/slang

THUIS ZELFSTANDIG - §6

Dit zijn de klanken waarbij je extra moet opletten:

- c, cc, ck, k, kk, en x: speculaas; accent; picknick; elektriciteit; excentriek;

- ei of ij: eis; ijs 

- g, gg of ch: spugen; goochelen; googelen; chagrijnig; bagger 

- i, ie of y: bikini; juni; actie; intercity; baby 

- ou of au: kauwen; koudbloedig

Einde van de les