Niv 2 MS/ALS

MS
1 / 30
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

MS

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

HB.4fa 
Periode 4
Week 1
CVA
Week 2
Parkinson
Week 3
Dementie
Week 4
MS/ALS
Week 5
Psychiatrie: psychotische stoornissen
Week 6
Psychiatrie: Stemmingsstoornissen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Na deze les weet je:
- Wat MS en ALS is
- Hoe MS en ALS ontstaat
- Wat de symptomen zijn
- Wat de behandelingen zijn


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Behoort MS tot de spierziekten?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Multiple sclerose
Multiple: meervoudige
Sclerose: littekens/verharding

MS is een auto-immuunziekte waarbij het centrale zenuwstelsel wordt aangetast, wat leidt tot diverse symptomen

Slide 5 - Slide

Bij auto-immuunziekten valt je afweer ook de eigen gezonde cellen van je lichaam aan.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Netwerk van zenuwcellen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Zenuwcel

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

  Feiten MS
  • Meer bij vrouwen dan bij mannen
  • ca 17000 mensen in NL
  • De ziekte zelf is niet dodelijk, maar soms de complicaties wel (levensverwachting dus zelfde als bij gezonde mensen)
  • Wel op termijn tot zeer ernstige handicaps 
  • Oorzaak van ontstaan is onbekend
  • Niet erfelijk

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de symptomen bij MS

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Symptomen MS
  • erg moe zijn
  • moeite met praten
  • je evenwicht kwijt zijn
  • niet goed kunnen zien
  • zwakke of stijve spieren
  • problemen bij het plassen en poepen
  • problemen met het voelen van kou en warmte
  • problemen met concentratie, geheugen en aandacht

Slide 13 - Slide

MS verloopt bij elke patiënt anders. Dat maakt het moeilijk om de aandoening te herkennen. De verschillende functies van het lichaam worden aangestuurd door de hersenen. Ontstekingen in de hersenen zorgen ervoor dat die functies niet goed werken. Maar welke functies dat zijn, kan per persoon verschillen. Het kan zorgen voor allerlei klachten

Bij MS heb je last van minstens 1 functie die door de ontstekingen niet goed meer werkt. Soms is dat tijdelijk, soms duurt dat langer. Hoe vaak en hoeveel je last hebt van je klachten, hangt af van welke soort MS je hebt.
Is MS te genezen?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Bij multipele sclerose neemt na verloop van tijd de kracht aan armen en benen af.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Een symptoom van multiple sclerose kan zijn het hebben van spraakstoornissen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Bij welk geslacht komt MS vaker voor?
A
Mannen
B
Vrouwen

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Myeline zorgt ervoor dat zenuwen ..........snel en efficiënt doorgeven.
A
Prikkels
B
Zuurstof
C
Energie
D
Bloed

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

ALS
Amyotrofische: Verlies van spierweefsel
Laterale: zijkanten 
Sclerose: littekens

Zenuwcellen die spieren aansturen sterven langzaam af en kunnen geen signalen meer sturen naar de spieren. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Kenmerken ALS
  • Progressief
  • Spieren verliezen functie (behalve hartspier)
  • Motorische zenuwbanen worden aangetast
  • Dodelijke spierziekte
  • +/-1500 mensen in NL
  • Oorzaak onbekend
  • 5-10% erfelijk


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Symptomen ALS

Slide 22 - Mind map

This item has no instructions

Symptomen
  • Krachtverlies armen (vooral in het begin)
  • Moeite met fijne motoriek
  • Lopen gaat moeizaam (klapvoet)
  • Spiertrekkingen snel en ongecontroleerd (in rust)
  • Problemen bij eten-slikken-spreken
  • Totale verlamming


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Prognose

Ongunstig
Overlijden na 3-5 jaar

Slide 24 - Slide

De aandoening ALS heeft een ongunstige prognose. Over het algemeen leeft de zorgvrager met ALS nog slechts enkele jaren nadat de eerste symptomen zijn vastgesteld. Na de diagnose blijft ongeveer 20 % van de zorgvragers met ALS langer dan vijf jaar in leven, 10 % langer dan tien jaar. Overlijden door ALS is bijna altijd te wijten aan een ernstige verzwakking, en ten slotte uitvallen van de ademhalingsspieren. Meestal treedt een geleidelijke bewustzijnsdaling op door een verhoogde koolzuurspiegel. Deze bewustzijnsdaling maakt dat de zorgvrager minder of geen kortademigheid ervaart. Veel zorgvragers overlijden in hun slaap.

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Alle zorgvragers met ALS worden uiteindelijk kunstmatig beademd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Als de zorgvrager een slechte hoofdbalans heeft, ondersteun je zijn hoofd tijdens de verzorging.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Als een zorgvrager niet meer kan praten, kun je door het stellen van gesloten vragen achterhalen wat hij wil.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Je moet alert zijn op het ontstaan van decubitus bij zorgvragers met ALS.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

?
?

Slide 30 - Slide

This item has no instructions