1.4 ogen en brillen

1 / 28
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Waarom een bril?

Slide 2 - Slide

negatieve lens (-)
positieve lens (+)

Slide 3 - Drag question

Het oog
Stukje doorzichtig weefsel in je oog dat werkt als bolle lens.
Plaats in je oog waar het beeld ontstaat. Het netvlies zet het beeld om in een zenuwsignaal.

Slide 4 - Slide

Lichtbreking in het oog

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

bijziend of verziend

Slide 7 - Slide

Bijziend
1
2

Slide 8 - Slide

Verziend
1
2

Slide 9 - Slide

Wat voor soort lens zit er in je oog?
A
Holle lens
B
Bolle lens
C
Platte lens

Slide 10 - Quiz

Een bolle lens maakt van een evenwijdige licht bundel een
A
Divergente lichtbundel
B
Convergente lichtbundel
C
Evenwijdige lichtbundel

Slide 11 - Quiz

Als je oogspieren gespannen zijn
A
Accommodeert je oog niet
B
Accommodeert je oog

Slide 12 - Quiz

Als je oog accommodeert kan ik
A
Dichtbij goed zien
B
Veraf goed zien

Slide 13 - Quiz

Als je oogspieren ontspannen zijn
A
Accommodeert je oog
B
Accommodeert je oog niet

Slide 14 - Quiz

Als je oog niet accommodeert kan ik
A
Dichtbij goed zien
B
Veraf goed zien

Slide 15 - Quiz

Wat voor lens heeft een bijziend persoon nodig om een voorwerp scherp te zien?
A
Bolle lens
B
Holle lens

Slide 16 - Quiz

aan de slag
Lees de tekst op bladzijde 43 t/m 44
maak opgave 80 t/m 87
zelfstandig!
vragen? steek je vinger op.
tijd? 15  min
klaar? ga alvast verder met opgave 87 t/m 98
timer
1:00

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wat voor lens heeft een verziend persoon nodig om een voorwerp scherp te zien?
A
Bolle lens
B
Holle lens

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Leg uit waarom een verziend persoon een bolle lens nodig heeft?

Slide 21 - Open question

Een verziend persoon heeft een te
A
Zwakke lens
B
Sterke lens

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Wat voor lens heeft een oudziend persoon nodig om een voorwerp scherp te zien?
A
Bolle lens
B
Holle lens

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Leg uit waarom een oudziend persoon een bolle lens nodig heeft?

Slide 26 - Open question

Zelfstandig werken
Instructie:
Eerst: lees bladzijde 45 en 46  door
Wie? Alleen, fluisterend overleggen
Wat? Maken opdracht: 88 t/m 98
Tijd?  15 minuten
Vraag? steek je vinger op
Klaar? ga aan de slag met practicum 4 op blz 67 van je leerwerkboek



Slide 27 - Slide

practicum 4
wat ga je doen?
aan de slag met practicum 4
op blz 67 van het (online) leerwerkboek
wat heb je nodig?
-lichtkastje
-positieve lens
-scherm/blaadje

Slide 28 - Slide