WRB Les 10 Thema 14 H11&12 Vernieling Openlijke Geweldpleging Brand

Kanjers van MQB 1.3 !
1 / 27
next
Slide 1: Slide
BeveiligingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Kanjers van MQB 1.3 !

Slide 1 - Slide

telefoons nodig
Schoolregels O&V

Slide 2 - Slide

geen telefoon nodig
Thema 14 Wetboek van SR (Strafrecht)

 Les 10 Hoofdstuk 11 en 12 (blz 91-100)
  • Vernieling (Artikel 350 WSr)
  • Openlijke geweldpleging ( Artikel 141 WSr)
  • Opzettelijke brandstichting( artikel 157 WSr)
  • Brand door schuld( artikel 158 WSR)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lesopbouw
  • Leerdoel
  • Terugblik
  • Theorie strafbare feiten
  • Opdracht
  • Afsluiting 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

lesdoel
Je kunt de volgende strafbare feiten beschrijven en onderscheiden: vernieling en openlijke geweldpleging.

Je kunt de volgende strafbare feiten beschrijven en onderscheiden: opzettelijke brandstichting en brand door schuld.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

TERUGBLIK
terugblik

Slide 6 - Slide

Sleuteladministratie is een administratie waarin álle sleutels zijn geregistreerd en waarin staat wie de sleutels in beheer hebben (de sleutelhouders). Het gaat in deze administratie om sleutels die iemand voor langere tijd in zijn bezit heeft.
Een sleutelregistratie is een overzicht van personen die tijdelijk een sleutel hebben ontvangen.

Surveilleren heeft twee doelen:
voorkomen dat ongewenste gebeurtenissen plaatsvinden (preventie)
ongewenste situaties die je hebt ontdekt, beëindigen. Waar nodig en mogelijk herstel je de situatie en beperk je eventuele schade (repressie).

Basisregels:
Melden CP aanvang/eind
Check verbinding
Bovenste verdieping beginnen/vermijd lift
Midden van gang lopen
Surveillance verschillende tijden en route

De algemene ronde
De brand- en sluitronde
De specifieke ronde
De openingsronde
De sluitingsronde

Toezicht houden op de naleving van huisregels hoort vaak bij de taken van een beveiliger.
eigen personeel van de onderneming
personeel van derden
bezoekers.
Wat zijn twee voorbeelden van plaatsen waar sprake kan zijn van huisvredebreuk?
A
bioscoop voetbalstadion
B
provinciehuis politiebureau

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Waarvan moet sprake zijn om iemand te mogen aanhouden voor huisvredebreuk of lokaalvredebreuk als er géén sprake is van binnendringen? Let op! Meerdere antwoorden zijn goed.
A
De betreffende persoon moet weten dat hij op een bepaalde plaats niet mag zijn
B
Er moet zijn gevorderd.
C
De betreffende persoon bevindt zich op een plaats waar hij niet mag zijn.
D
Er moet zijn gevorderd en de betreffende persoon gaat niet weg.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is bij huisvredebreuk en lokaalvredebreuk 'vorderen'?
A
eisen dat iemand een plaats onmiddellijk verlaat
B
vragen of iemand een plaats direct wil verlaten
C
met iemand overleggen of het mogelijk is een plaats te verlaten

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn twee voorbeelden van een goede vordering bij huisvredebreuk of lokaalvredebreuk?
A
Ik wil dat u dit gebouw direct verlaat.
B
Zou u zo vriendelijk willen zijn de winkel nu te verlaten?
C
Ik zorg dat u een verbod krijgt om hier nog te komen.
D
Ik vorder u hier onmiddellijk te vertrekken.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Is een poging tot eenvoudige mishandeling strafbaar ?
JA
NEE

Slide 11 - Poll

This item has no instructions

Is een poging tot zware mishandeling strafbaar ?
JA
NEE

Slide 12 - Poll

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

Artikel 141 Openlijke geweldpleging
Zij die openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen of goederen, worden gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren en zes maanden of geldboete van de vierde categorie.De schuldige wordt gestraft:
met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie, indien hij opzettelijk goederen vernielt of indien het door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel ten gevolge heeft;met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien dat geweld zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft;met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien dat geweld de dood ten gevolge heeft.

Slide 16 - Slide

Artikel 350 Vernieling
Hij die opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.Gelijke straf wordt toegepast op hem die opzettelijk en wederrechtelijk een dier dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, doodt, beschadigt, onbruikbaar maakt of wegmaakt.
Opdracht
Maak opdracht 1 en 2 bladzijde 93-94. Online staan ze ook klaar.
timer
5:00

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

Artikel 157 Opzettelijke brandstichting
Hij die opzettelijk brand sticht, een ontploffing teweegbrengt of een overstroming veroorzaakt, wordt gestraft:
met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is;met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten is;met levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste twintig jaren of geldboete van de vijfde categorie, indien daarvan levensgevaar voor een ander te duchten is en het feit iemands dood ten gevolge heeft.
Opdracht
Zoek uit wat de kenmerken moeten zijn voor opzettelijke brandstichting. 
timer
1:00

Slide 20 - Slide

Er was een reële kans op gevaar voor goederen.
Er was een reële kans op levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel.
Er is iemand overleden.
Opzettelijke brandstichting
Opzettelijk brandstichten is een misdrijf waarbij altijd sprake is van opzet. Artikel 157 gaat niet alleen over het veroorzaken van brand, maar ook over het veroorzaken van een ontploffing of een overstroming.

 
Een verdachte is strafbaar bij opzet en als minstens een van de volgende omstandigheden van toepassing is:
  • Er was een reële kans op gevaar voor goederen.
  • Er was een reële kans op levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel.
  • Er is iemand overleden.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Opdracht
Zoek uit wat de kenmerken moeten zijn voor brand door schuld. 
timer
1:00

Slide 23 - Slide





Er was een reële kans op gevaar voor goederen.
Er was een reële kans op levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel.
Er is iemand overleden.
Brand door schuld
Ook brand door schuld is een misdrijf. Bij brand door schuld is geen sprake van opzet, maar van verwijtbare schuld. Daarom wordt het minder zwaar bestraft dan opzettelijke brandstichting. Het gaat, net als bij opzettelijke brandstichting, niet alleen om brand, maar ook over een ontploffing of een overstroming.

Een verdachte is strafbaar als er sprake is van schuld die wordt veroorzaakt door grove onachtzaamheid, nalatigheid of onvoorzichtigheid. Verder moet minstens een van volgende omstandigheden van toepassing zijn:
  • Er was een reële kans op gevaar voor goederen.
  • Er was een reële kans op levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel.
  • Er is iemand overleden.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

De wettenbank
https://wetten.overheid.nl/BWBR0021506/2012-10-01

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
  • Zelf de opdrachten maken uit het hoofdstuk.
  • Volgende les Weigeren Hulpbetoon/Nalaten van Hulp/ Terrorismebestrijding.
  • Feedback les/docent.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions