Grammatica - lijdend voorwerp (deel 2)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

lesprogramma

10 minuten lezen

nogmaals oefenen met lijdend voorwerp

zelfstandig aan de slag met weekplanner

woordsoorten

lidwoord (bepaald en onbepaald)

zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord

werkwoorden (hulpwerkwoord, zelfstandig werkwoord)

voornaamwoord (bezittelijk en persoonlijk)

zinsdelen

persoonsvorm

onderwerp

werkwoordelijk gezegde

lijdend voorwerp

(Houd altijd deze volgorde aan als je een zin gaat ontleden!)

Hoe vind je het lijdend voorwerp? 

wie/wat + wwg + onderwerp = lijdend voorwerp. 

Wie of wat

+

wwg

+

lijdend voorwerp

onderwerp

=

Formuleer de vraag om het lv te vinden op basis van onderstaande zin:

Sinds de invoering van de euro zijn de huizenprijzen gestegen.

Formuleer de vraag om het lv te vinden op basis van onderstaande zin:

Waarom heeft Pieter jouw telefoon afgepakt?

Formuleer de vraag om het lv te vinden op basis van onderstaande zin:

De olifant weegt 1100 kg.

Formuleer de vraag om het lv te vinden op basis van onderstaande zin:

Ondanks zijn goede inzet heeft Martijn toch een onvoldoende gehaald.

Formuleer de vraag om het lv te vinden op basis van onderstaande zin:

In de teamkamer hing een poster.

Wat is het lv?
Ze waarschuwden hem niet op tijd.

1. ze
2. waarschuwden
3. hem
4. niet op tijd

Wat is het lv?
Hij maakt zijn huiswerk

1. maakt
2. huiswerk
3. hij
4. zijn huiswerk

Wat is het LV of is er geen?

Leen je aan haar je rekenmachine?

1. aan haar
2. je
3. er is geen LV
4. je rekenmachine

Zij heeft haar diploma gehaald.
lv=

1. haar diploma
2. zij
3. heeft gehaald
4. gehaald

Wat is het lv ?
Hij heeft het formulier verzonden.

1. hij
2. heeft verzonden
3. formulier
4. het formulier

Wat is het lv:
Waarom heb je hem dat gegeven?

1. heb
2. je
3. hem
4. dat

Hoe kan je lv vinden?

1. wie/wat + wwg
2. Wie/wat + pv
3. Wie/wat + pv + ow + lv
4. Wie/wat + wwg + ow

Er zit altijd een lv in een zin

1. klopt!
2. klopt niet.....

Aan de slag!

hfdst. 4 Grammatica – zinsdelen – lijdend voorwerp

+ 

samenvatting maken van de leerstof voor het PW (zie voor alle onderwerpen onderaan de planner) De samenvatting lever je uiterlijk maandag in via Teams.