Rekenen met debet en credit
Bereken voor de volgend situaties het banksaldo:
- Guus heeft op zijn bankrekening €500 euro staan. Helaas is vandaag zijn wasmachine kapot gegaan. Guus koopt een nieuwe wasmachine van €700 euro. Wat is zijn banksaldo na de uitgave?
- Bereken met de volgende informatie het banksaldo:
- 20 september = -€700 (debetsaldo)
- 21 september= €800 (ontvangen)
LET OP! noteer bij je uitkomst of het om een debet- of creditsaldo gaat.