Week 35 Deel 2

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Welcome!

Maandag - Proefwerk Unit 3

Leer blauwe bladzijde 118 t/m 123 

• Woorden  NL-EN & EN-NL (oefen schrijven!)
• Expressions (zinnen gebruiken in een tekst)
• Grammatica --> 3 onderwerpen.
• Neem je laptop mee.
  

What are we going to do today?

• Onderwerp 1 : Much, many & a lot of
• Onderwerp 2: woordvolgorde
• Onderwerp 3: Question tags
• Zelfstandig werken

Today's goals

• I am prepared for the test.

Onderwerp 1 : Much, many & a lot of

Met deze woorden zeg je hoe veel er van iets is:

much, many, a lot of	veel
a little	een beetje
a few	een paar
little, few	weinig

Wat is het verschil tussen much & many?

Telbare zelfstandige naamwoorden

• many
• few / a few
• a lot of 

Niet-Telbare zelfstandige naamwoorden

• many
• a little / little 
• a lot of

Voorbeelden

1 Some plants need ____ (veel) water.

1. many
2. much
3. a lot of

2 Do you have ____ (veel) subjects at school?

1. many
2. much
3. a lot of

3 I'd like ____ (een beetje) rice with my fish, please.

1. a few
2. a little
3. few
4. little

Onderwerp 2: woordvolgorde

Wat komt er eerst in een zin: plaats of tijd?

1. Tijd
2. Plaats

Wie-doet-wat-waar-wanneer

He had a drink at the pub last night

Vertaal de zin:
1 Wij waren twee uur geleden thuis.
We ____.

Vertaal de zin:
2 Ik loop elke dag naar school.
I ____.

Onderwerp 3:

QUESTION TAGS

Question Tags

1. Je herhaalt de eerste 2 woorden van de zin in omgekeerde volgorde

He isn't very clever, is he ?

Tom isn't very clever, is he ?

Tom and Jane aren't very clever, are they ?

         +  wordt -    /   - wordt  +

You are happy to see me, ....

1. are you
2. aren't you
3. is you
4. isn't you

He is very cool, ....

1. isn't he
2. aren't he
3. is he
4. are he

Zelfstandig werken

Maak: Unit 3 Paragraaf 6 Opdracht 1 t/m 3

Klaar? --> Leren voor proefwerk op 28 Juni