4V 4.2 vorming geslachtscellen

deze les
1. Je doet me met het bespreken van 2 controle vragen 
2. Je kiest, of deze les zelfstandig doorwerken of klassikaal meedoen
1 / 46
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

deze les
1. Je doet me met het bespreken van 2 controle vragen 
2. Je kiest, of deze les zelfstandig doorwerken of klassikaal meedoen

Slide 1 - Slide

H4 voortplanting

Slide 2 - Slide

Het antwoord op vraag 34
A
Tijdens de interfase
B
Tijdens de mitose
C
Tijdens de meiose 1
D
Tijdens de meiose 2

Slide 3 - Quiz

Geef antwoord op vraag 35 a, b, c en d

Slide 4 - Open question

waar ging 4.1 over?

Slide 5 - Mind map

4.2 leerdoelen

5. Je legt uit hoe haploïde geslachtscellen ontstaan uit diploïde lichaamscellen.
6. Je beschrijft de vorming van eicellen en spermacellen.

Slide 6 - Slide

succescriteria
  • je kunt de definitie van de  begrippen uitleggen: haploïd, diploïd, homologe chromosomen, meiose (reductiedeling), meiose I, meiose II, interfase, DNA, chromatiden, S-fase, kernmembraan, erfelijke eigenschappen, crossing over, recombinante chromatiden, spoelfiguur, despiraliseren, gameten, oögonia, primaire oöcyten, secundaire oöcyten, follikel, poolichaampje, spermatogonia, primaire spermatocyt, secundaire spermatocyt, spermatiden, prostaatvocht, interstitiële cellen/ cellen van Leydig, testosteron

  • je kunt de de leerdoelen aan een ander uitleggen
  • je hebt de opdrachten van 4.2 gemaakt en nagekeken, met ruim voldoende resultaat

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

voorbereiding voor de les
Bekijk de volgende 4 korte video's over meiose en de vorming van geslachtscellen (eicellen en zaadcellen),
voordat je naar de les komt.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

n = aantal verschillende soorten chromosomen in een cel (geslachtscellen zijn n)
2n = de chromosomen komen in paren voor (alles behalve spermacellen en eicellen)

Slide 15 - Slide

Hoeveel is n bij de mens?

Slide 16 - Open question

Vorming geslachtscellen
Chromosomen in een gewone
lichaamscel van een man:
Van een vrouw zou er hetzelfde uit kunnen zien maar dan met 
2 keer een X chromosoom

Slide 17 - Slide

Vorming geslachtscellen
Als in een zaadcel en een eicel
net zoveel chromosomen
zouden zitten dan zou je na de 
bevruchting een bevruchte 
eicel met 92 chromosomen
hebben. Dit kan niet.

Slide 18 - Slide

Vorming geslachtscellen
Dus: bij de vorming van de 
geslachtscellen moet het aantal
chromosomen worden 
gehalveerd zodat van elk 
chromosomenpaar er maar één
in zit.

Slide 19 - Slide

Vorming geslachtscellen
Geslachtscellen zijn dus
haploïd (n).

Bij de mens bevatten ze 
23 chromosomen.

Slide 20 - Slide

Vorming geslachtscellen
Geslachtscellen ontstaan uit stamcellen.
Ze onstaan uit een deling die anders gaat
dan de gewone celdeling (mitose).
Deze deling heet reductiedeling/ meïose.
Deze deling start óók na de G2 fase. 
Het DNA (de chromosomen) is dus al
verdubbeld.

Slide 21 - Slide

Vóór de meiöse (S fase)

Slide 22 - Slide

Doel van de meïose
BINAS 76B2

Slide 23 - Slide

Meïose I

Slide 24 - Slide

Meïose II

Slide 25 - Slide

Profase I:

Kernmembraan verdwijnt.
Chromosomen spiraliseren.
Spoelfiguur vormt.


Chromosomen liggen als paren bij elkaar.
Crossing-over kan optreden.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Metafase I:
Chromosomen liggen twee aan twee in het equatoriale vlak.


Spoelfiguren hebben trekdraden gevormd naar de centromeren, elk naar één chromosoom van een chromosomenpaar.

Slide 28 - Slide



Anafase I:
Spoelfiguren trekken chromosomen naar de polen.


Slide 29 - Slide

Telofase I:
Door insnoering ontstaan twee haploïde cellen.

Chromosomen zijn wel nog verdubbeld!

Daarom: meïose II



Slide 30 - Slide

Meïose II

Slide 31 - Slide

Wat maakt ieder mens uniek?
Tijdens de meïose kunnen 223 verschillende combinaties van chromosomen worden gemaakt.
Ook nog crossing-over.

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Link

BINAS 86D

Slide 34 - Slide

Oögenese
Begint al vóór de geboorte inde eierstokken.
Ontwikkeling stopt tijdens Profase I.
Bij de rijping van een eicel wordt de meïose afgemaakt tot metafase II (die wordt pas na de bevruchting voltooid).
Eicellen zijn omgeven door follikelcellen uit het ovarium (de eierstok), het geheel heet een follikel.
Meerdere rijpingen, één (heel soms twee) eisprongen.

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Spermatogenese
Begint vanaf de puberteit.
Zaadcellen worden gevormd in de 
zaadbuisjes van de testes (zaadballen). 
Vorming van 1 zaadcel duurt ongeveer 2 maanden.
Ze worden opgeslagen in de bijballen.
Bij zaadlozing ongeveer 3 mL vrij-> 350 miljoen zaadcellen
= 10 % van het sperma.



Slide 37 - Slide

Zaadballen
Zaadcellen worden gevormd in
de testes, in de zaadbuisjes.
Deze zijn sterk gekronkeld.
Tussen de zaadbuisjes zitten
de cellen van Leydig (interstitiële
cellen), die produceren 
testosteron.

Slide 38 - Slide

Zaadballen
Van buiten naar binnen vormen
de zaadcellen zich. 
Helemaal aan de binnenkant
zitten de voltooide zaadcellen,
die gaan richting de bijballen
mbv trilharen.

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

aan de slag
1. Maak een begrippenlijst van 4.2
2. Maken en nakijken opdrachten 4.2
3. Lees 4.3 voor de volgende les
4. Maak de opdrachten op de volgende dia's

Controleer of je alle leerdoelen beheerst/ aan alle succescriteria voldoet. Zo niet: opnieuw door de stof/ opdrachten maken/ hulp vragen. 2

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Link

Slide 46 - Link