¿Qué?:
Zinnen maken met: Hay, Ser, Estar
¿Cómo?:
In een Googledoc (delen met mij),
gebruik woordenlijst Cap 2 (PA, wb)
¿Cuánto tiempo?:
20 minutos
Vertaal deze zinnetjes in het Spaans:
- Zijn jullie naast het huis?
- Is er internet in de bibliotheek?
- Het centrum van Barcelona is mooi.
- Het ziekenhuis is ver.
- Carmen en Laura zijn aardig.
- De viswinkel is aan de linkerkant.
- Ik ben in de supermarkt.
- Zijn er appels?
- Eindelijk! Er is brood.