6 april 2021

Reminder: afspraken in de online lessen
1. Thuis heb je een rustige werkplek, het liefst aan een tafel of bureau.
Op deze werkplek heb je plaats voor je chromebook, je boeken, etui en ruimte om te
schrijven.
2. Je volgt al je lessen volgens je lesrooster.
3. Je logt op tijd in bij elke les, net als je docent.
Je zet je camera aan en je microfoon uit, tenzij je docent je iets vraagt.
4. Je bent de hele les ingelogd, tenzij de docent een andere instructie geeft.
5. Je neemt actief deel aan de lessen.
6. Je maakt je opdrachten en huiswerk zoals dit wordt opgegeven door de docent.
7. Je houdt je in de lessen aan alle geldende afspraken.
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Reminder: afspraken in de online lessen
1. Thuis heb je een rustige werkplek, het liefst aan een tafel of bureau.
Op deze werkplek heb je plaats voor je chromebook, je boeken, etui en ruimte om te
schrijven.
2. Je volgt al je lessen volgens je lesrooster.
3. Je logt op tijd in bij elke les, net als je docent.
Je zet je camera aan en je microfoon uit, tenzij je docent je iets vraagt.
4. Je bent de hele les ingelogd, tenzij de docent een andere instructie geeft.
5. Je neemt actief deel aan de lessen.
6. Je maakt je opdrachten en huiswerk zoals dit wordt opgegeven door de docent.
7. Je houdt je in de lessen aan alle geldende afspraken.

Slide 1 - Slide

Today

1. Rewind: previous lesson
2. Herhaling grammar: future tense
3. Work
4. Rounding off.

Slide 2 - Slide


1. Aan het einde van deze les weet je op welke 2 manieren je de future tense kunt maken.
2. Aan het einde van deze les kun je de 2 manieren om de future tense te maken, op de juiste manier toepassen. 



Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Previous lesson
Die liep niet zo lekker.. Niets deed het.. En je hebt vooral zelfstandig gewerkt..

Daarom een korte herhaling

Slide 5 - Slide

Je bent aan de slag geweest met formulieren. Welke onderdelen kom je daar allemaal op tegen?

Slide 6 - Mind map

Welke situaties kun je allemaal bedenken waarbij je formulieren moet invullen?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Slide

Wat is (ook alweer) de future tense en wanneer moet je het gebruiken?

Slide 9 - Open question

Herhaling: future tense
De future tense kun je op 2 manieren maken:

  1. 'will' + hele werkwoord
  2. 'to be going to' + hele werkwoord

Welke manier je moet gebruiken, ligt aan WAT je wil zeggen

Slide 10 - Slide

will + hele werkwoord
to be going to + hele werkwoord
Het doen van een belofte
Het doen van een voorspelling (zonder bewijs)
Het doen van een voorspelling (met bewijs)
Als je iets gepland hebt om te gaan doen. 
In het Nederlands:
ZAL / ZULLEN
In het Nederlands:
GA / GAAT / GAAN

Slide 11 - Drag question

WILL
Maak deze zin ontkennend:
I will see you next week.

Slide 12 - Open question

TO BE GOING TO
Het werkwoord 'to be' moet al meteen zorgen voor alarmbellen. Waarom?

Slide 13 - Open question

TO BE GOING TO
Vul de juiste vorm in:
My sister and I .... a movie tonight. (watch)

Slide 14 - Open question

TO BE GOING TO
Vul de juiste vorm in:
My father .... a present for my mum. (buy)

Slide 15 - Open question

To BE going to: alarmbellen 
  • (to) BE verandert altijd!
  • Kijk altijd goed naar het onderwerp van de zin. 
  • I                            --> AM going to    + ww
  • he, she, it         --> IS going to       + ww
  • you, we they   --> ARE going to  + ww

Slide 16 - Slide

4. Work!
Homework, Friday April 9th
Unit 5, lesson 2:
 exc. 16, 17
Hoe?
Voor jezelf, de rest van de les.
Muziek mag. 
Klaar?
Doe dan iets voor jezelf.

Slide 17 - Slide

Op welke 2 manieren kun je de future tense maken?

Slide 18 - Open question