Bs 2 Stengels en wortels

Thema 7 Planten 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Thema 7 Planten 

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Even herhalen
Uitleg basisstof 7.2
Maken huiswerk

Slide 2 - Slide

nerf
hoofdnerf
bladmoes

Slide 3 - Drag question

Koolstofdioxide
zuurstof
waterdamp

Slide 4 - Drag question

koolstofdioxide
zuurstof

Slide 5 - Drag question

Welke stof kan niet door de huidmondjes het blad in en uit gaan?
A
glucose
B
koolstofdioxide
C
waterdamp
D
zuurstof

Slide 6 - Quiz

Nodig voor fotosynthese
Ontstaat bij fotosynthese
Lichtenergie
Zuurstof
Koolstofdioxide
Water
Glucose

Slide 7 - Drag question

Een naaldboom houdt in de winter zijn groene naalden. Toch is er minder fotosynthese in de winter.
-->Hoe komt dat?
A
In de winter is er te weinig water
B
In de winter is er te weinig zuurstof
C
In de winter is er te weinig zonlicht
D
In de winter is er te weinig koolstofdioxide

Slide 8 - Quiz

Huidmondje
Opperhuid
Bladmoes
Nerf
Vaatbundel

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Slide

Leerdoelen
-Je kunt 3 functies van wortels beschrijven.
-Je kunt 2 functies van stengels beschrijven.
-Je kunt de werking van houtvaten en bastvaten beschrijven.
-Je kunt beschrijven hoe planten stevigheid verkrijgen.


Slide 11 - Slide

Bouw wortels
De wortel bestaat uit een een dikke hoofdwortel met kleine zijwortels.
Aan het uiteinde van de zijwortels zitten wortelharen deze nemen water en mineralen op.

Via de celwanden komt het water en mineralen in vaten terecht. 

De vaten zijn buisjes die het verder vervoerd door de plant. 

Slide 12 - Slide

Functie wortels
1. De wortels zorgen ervoor dat de plant goed vastzit in de grond. 

2. De wortels zijn ook een opslag  plaats voor reservestoffen.
De reservestoffen die opgeslagen worden in de wortels is vooral zetmeel.
Sommige wortels kan je eten. 

3. Ook nemen wortels water en mineralen op uit de bodem.

Slide 13 - Slide

Stengels
1. De stengels van de plant zorgen voor stevigheid en 2. transport van stoffen. 

De vaten vervoeren water met opgeloste stoffen (mineralen en glucose onder andere) naar de overige delen van de plant dit noem je transport

Om de vaten liggen vezels deze zorgen voor stevigheid.

Slide 14 - Slide

hout- en bastvaten 

Slide 15 - Slide

Bastvaten
In de bladeren wordt glucose gemaakt. Glucose is een suiker.
 Suikers lossen op in water. 

Bastvaten vervoeren water met opgeloste suikers vanuit de bladeren naar de overige delen van een plant.

Slide 16 - Slide

Houtvaten
Bestaan uit dode cellen van cellulose en houtstof

Houtvaten vervoeren water en mineralen vanuit de wortels naar de plant. Worteldruk

Water verdampt door de huidmondjes uit de bladeren. 

Er ontstaat zo een stroom van water in de plant, van de wortels naar de bladeren.

Slide 17 - Slide

De vezels zorgen voor stevigheid en wordt veel gebruikt in producten.
Je hebt eetbare stengels.
Een knol is een verdikte stengel denk bijvoorbeeld aan de aardappel.

Slide 18 - Slide

Hoe meer dode houtvaten, hoe dikker de stam.

Slide 19 - Slide

De vacuolen zitten vol water.
De vacuolen bevatten weinig water.

Slide 20 - Slide

vragen
VRAGEN 

Slide 21 - Slide


Wat is de stroomrichting van een houtvat?
A
Van boven naar beneden/ Van de bladeren naar alle delen van de plant
B
Van beneden naar boven/ Van de wortels naar de bladeren (omhoog)
C
Zowel van boven naar beneden als van beneden naar boven.
D
Verschillend per houtvat.

Slide 22 - Quiz

Bastvaten vervoeren
A
water met glucose vanuit de bladeren naar de andere plantendelen
B
water en mineralen vanuit de wortels richting de bladeren

Slide 23 - Quiz

Welk nummer zijn
de bastvaten?

Wat vervoeren bastvaten?

A
2, suikers
B
2, water en mineralen
C
3, suikers
D
3, water en mineralen

Slide 24 - Quiz

Vaatbundels bestaan uit houtvaten en bastvaten. Wat wordt er vervoerd door houtvaten?
A
water met mineralen gaan naar boven naar de bladeren
B
water met glucose gaan naar beneden en naar de bloemen
C
mineralen met glucose gaan naar boven naar de bladeren
D
Glucose met mineralen gaan naar beneden en naar de bloemen

Slide 25 - Quiz

Aan het (huis)werk


Maak opdracht 1 t/m 10 van bs 2

Klaar? 
-Lees "om te onthouden" en vertel het in eigen woorden na
-Oefen de begrippen (flitskaarten)
-Maak de test jezelf







timer
5:00

Slide 26 - Slide