What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
spelling
Rekenen.
Taal
Spelling
1 / 50
next
Slide 1:
Drag question
This lesson contains
50 slides
, with
interactive quizzes
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Rekenen.
Taal
Spelling
Slide 1 - Drag question
Wat is de juiste spelling...
A
nauer
B
nauwer
C
nouer
D
nouwer
Slide 2 - Quiz
Welke is juist?
A
idiaal
B
ideaal
C
iediaal
D
iedeaal
Slide 3 - Quiz
Welke is juist?
A
serfice
B
survise
C
servise
D
service
Slide 4 - Quiz
Hoe herken ik snel spelfouten in Word?
A
Aan de rode streepjes onder een woord
B
Door ieder woord in het woordenboek te zoeken
Slide 5 - Quiz
Waar noem ik als mijn werkstuk af is het aantal woorden in mijn werkstuk?
A
Op het titelblad
B
Onderaan mijn document
Slide 6 - Quiz
timer
0:20
1+1
Zelfstandig Naamwoord
Verwijswoord
1Rekenen
Spelling
Begrijpend Lezen
Slide 7 - Drag question
Welke spelling is juist?
Ik ... moe van spelling.
A
wordt
B
wort
C
word
Slide 8 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het [beloven] weer een flinke uitdaging te worden.
A
belooft
B
beloofd
Slide 9 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het [beloven] weer een flinke uitdaging te worden.
A
belooft
B
beloofd
Slide 10 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het [beloven] weer een flinke uitdaging te worden.
A
belooft
B
beloofd
Slide 11 - Quiz
overige spelling
Wat is de juiste spelling?
A
niveaus
B
niveau's
Slide 12 - Quiz
SPELLING
A
onvoldoende, twijfel
B
ruimvoldoende
C
voldoende
D
GOED
Slide 13 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het is de tweede keer, dat dit [gebeuren].
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 14 - Quiz
Spelling
Welke spelling is correct?
A
Hond
B
Hont
Slide 15 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het is de tweede keer, dat dit [gebeuren].
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 16 - Quiz
Wat is de juiste spelling...
A
gevangenen
B
gefangenen
C
gevangennen
D
gefangennen
Slide 17 - Quiz
Wat is de juiste spelling?
A
pegvogel
B
pegvochel
C
pechvochel
D
pechvogel
Slide 18 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het is de tweede keer, dat dit [gebeuren].
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 19 - Quiz
Is spelling leuk?
A
Ja
B
Nee
Slide 20 - Quiz
Wat is de juiste spelling?
A
positie
B
poositie
C
possitie
D
poossitie
Slide 21 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het [beloven] weer een flinke uitdaging te worden.
A
belooft
B
beloofd
Slide 22 - Quiz
Wat is de juiste spelling?
A
oficiële
B
officieële
C
officiële
D
Oficiëlle
Slide 23 - Quiz
overige spelling
Wat is de juiste spelling?
A
niveaus
B
niveau's
Slide 24 - Quiz
Wat is de juiste spelling?
A
lekker
B
leker
C
lekkur
D
lekur
Slide 25 - Quiz
Spelling
A
Spelfoutjes tellen niet mee
B
Hoofdletters tellen als spelfouten
Slide 26 - Quiz
Welke spelling is juist?
Ik ... moe van spelling.
A
wordt
B
wort
C
word
Slide 27 - Quiz
De spelling moet worden vereenvoudigd. Het aanleren van spelling kost te veel tijd.
A
Enkelvoudige argumentatie
B
Nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten
C
Nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten
D
Onderschikkende argumentatie
Slide 28 - Quiz
Wat is de juiste spelling?
A
berichje
B
berichtje
C
berigtje
D
berigje
Slide 29 - Quiz
Kies de juiste spelling.
Het is de tweede keer, dat dit [gebeuren].
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 30 - Quiz
Wat is de juiste spelling?
A
binnestat
B
binestad
C
binnenstad
D
binnenstat
Slide 31 - Quiz
Welke spelling is goed ?
Wat is de correcte spelling van het woord ...
A
ekseem
B
exeem
C
eczeem
D
exseem
Slide 32 - Quiz
Mijn spelling is .....
A
Goed
B
Goet
C
Matig
D
slecht
Slide 33 - Quiz
Welke spelling is juist?
... jij ook zo moe van spelling?
A
word
B
wordt
C
wort
Slide 34 - Quiz
spelling
A
klankgroepenwoord
B
voorvoegsel
C
aai-ooi-oei-woord
D
zingwoord
Slide 35 - Quiz
voltooid deelwoord van verhuizen
A
verhuist
B
verhuisd
Slide 36 - Quiz
Wat is het voltooid deelwoord van gebeuren?
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 37 - Quiz
Bij het voltooid deelwoord gebruik je...
A
stam +t
B
t ex - kofschip
Slide 38 - Quiz
Wat is het voltooid deelwoord van:
beleven
A
gebeleefd
B
gebeleeft
C
beleeft
D
beleefd
Slide 39 - Quiz
Bij het voltooid deelwoord gebruik je...
A
stam +t
B
t kofschip
Slide 40 - Quiz
Juiste spelling voltooid deelwoord.
De overvaller heeft alles snel (bekennen).
A
bekent
B
bekend
Slide 41 - Quiz
Fasen in de schrijfontwikkeling
1.
2.
3.
4.
5.
6.
tekenen
krabbelen
letterachtige vormen
letter/tekenreeksen
invented spelling
conventionele spelling
Slide 42 - Drag question
Homo
graph
Homo
nym
Homo
phone
Same pronunciation, different spelling, different meaning
Same pronunciation, same spelling, different meaning
Same spelling, different pronunciation, different meaning
Slide 43 - Drag question
Sleep het woord met de juiste spelling
naar de juiste foto.
Foute spelling
Juiste spelling
Luiwammesen
Luiwammessen
Slide 44 - Drag question
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Betoog 1: formulering en spelling
Betoog 2
formulering en spelling
Betoog 3 formulering en spelling
Slide 45 - Drag question
Heb je een idee welke les ik zou kunnen geven?
Ik wil me graag verder verdiepen in spelling. Is het mogelijk dat ik volgende week weer spelling geef?
Slide 46 - Drag question
Gynzy bord software
Taal op maat lln
Taal op maat bord
Spelling lln
trefwoord
spelling bord
Gynzy lln
Rekenen lln
Rekenen bord
Slide 47 - Drag question
Homograph
Homonym
Homophone
Same pronunciation, different spelling, different meaning
Same pronunciation, same spelling, different meaning
Same spelling, different pronunciation, different meaning
Slide 48 - Drag question
Verwijswoord
Werkwoord
1+1
Rekenen
Spelling
Begrijpend lezen
Slide 49 - Drag question
Welke sneltoets gebruik je om de spelling te controleren?
1
2
3
Slide 50 - Drag question
More lessons like this
Homonyms, Homophones, Homographs
July 2024
- Lesson with
18 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2-6
2 MH les 9 12
December 2021
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Trede 17, les 5, schrijven - samenhang
March 2022
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2
Proefje van Eke
April 2022
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 7
Spelling van alles wat
1 day ago
- Lesson with
46 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Pronunciation 1: sounds, minimal pairs, phonemes
November 2023
- Lesson with
34 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Trede 17, les 5, schrijven - samenhang
March 2022
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2
Spelling van alles wat
May 2024
- Lesson with
46 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2