Laagland cursus 8

Literatuurgeschiedenis
  • Presentatie tijdlijnen
  • Theorievragen over de middeleeuwen
  • Keuzemenu
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Literatuurgeschiedenis
  • Presentatie tijdlijnen
  • Theorievragen over de middeleeuwen
  • Keuzemenu

Slide 1 - Slide

Presentatie tijdlijnen
Per groepje presenteert minimaal één leerling de highlights van de gemaakte tijdlijn. 

Tijd: maximaal twee minuten per groepje.

Slide 2 - Slide

Wat is een andere benaming voor voorleescultuur?
A
Oratie cultuur
B
Orele cultuur
C
Orale cultuur
D
Originele cultuur

Slide 3 - Quiz

Zoek de juiste namen/begrippen bij elkaar.
Feodaliteit
Eercultuur
Mecenas
Trouw en dienst
Kunst in opdracht
Aanzien en waardering

Slide 4 - Drag question

Wat zijn goede voorbeelden van symboliek? Selecteer een juist antwoord.
A
Wit staat voor maagdelijkheid
B
Groen staat voor vers
C
Blauw staat voor trouw
D
Geel staat voor gevaar

Slide 5 - Quiz

Het doel van de Renaissance was het doen herleven en navolgen van humanisme in kunst en literatuur
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Het verhaal Van den Vos Reynaerde is een parodie op een ridderroman.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Waardoor werd de opkomst van de hervorming veroorzaakt? Kies een juist antwoord.
A
Verzet tegen de geloofsvervolgingen
B
Verzet tegen de Renaissance
C
Verzet tegen de eercultuur
D
Verzet tegen het absolutisme

Slide 8 - Quiz

Wat waren de belangrijkste functies van kunst en literatuur in de middeleeuwen? Selecteer een juist antwoord.
A
Geld verdienen
B
Beter geloven in God
C
Lessen leren
D
Vermaakt worden

Slide 9 - Quiz

Wat waren de belangrijkste genres literatuur in de middeleeuwen? Selecteer één goed antwoord.
A
Ridderroman
B
Dierverhaal
C
Incunabel
D
Parodie

Slide 10 - Quiz

Getalsymboliek in de middeleeuwen verwijst altijd naar de Bijbel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

In de middeleeuwen stonden verschillende christelijke geloofsstromingen in West-Europa naast elkaar.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

De hoofdpersonages in ridderromans waren anti-helden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Keuzemenu: aan de slag!
  • Gingen deze theorievragen nog niet zo goed? Neem dan de theorie nog eens goed door, maak bijvoorbeeld een samenvatting of flashcards om de theorie goed te leren. 

  • Gingen de theorievragen al goed? Ga dan aan de slag met de leesopdrachten die online op de ELO staan. 

Slide 14 - Slide