H3 ch5 voca A

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

J'ai soif

1. Ik heb honger
2. Ik heb dorst

Tu as besoin d'une boisson?

1. Twijfel je over een drankje?
2. Heb je behoefte aan een drankje?

Nous mangeons le boeuf.

1. Jullie eten rundvlees
2. Wij eten rundvlees

Ça me fait plaisir

1. Dat vind ik leuk
2. Doe maar normaal

plus tard

1. later
2. eerder

Tu vas mettre une jupe?

1. Ga je een rok aandoen?
2. Ga je een jurk aandoen?

Vas-y!

1. Geeft niks!
2. Ga je gang!

De mate van gaarheid

1. le cuisson
2. l'addition

medium gebakken vlees

1. seignant
2. bien cuit
3. à point

De rekening contant voldoen

1. régler l'addition en espèces
2. régler l'addition avec carte bancaire

Wat zijn Franse regionale gerechten?

1. la choucroute
2. la paëlla
3. le cassoulet
4. le nougat