Fictie les 1: Fictie, non-ficitie en ontwikkeling hoofdpersoon

Fictie les 1: Fictie, non-ficitie en ontwikkeling hoofdpersoon
Welkom klas 2 havo
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Alle herkansers gaan aan de raamkant zitten van het lokaal.
Stap 2: De rest pak zijn boek Nederlands, schrift en Chromebook.
Stap 3: Pak ook iets voor een ander vak om te doen.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Fictie les 1: Fictie, non-ficitie en ontwikkeling hoofdpersoon
Welkom klas 2 havo
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van.
Stap 1: Alle herkansers gaan aan de raamkant zitten van het lokaal.
Stap 2: De rest pak zijn boek Nederlands, schrift en Chromebook.
Stap 3: Pak ook iets voor een ander vak om te doen.

Slide 1 - Slide

Wat ga je doen?
Leerdoel: Ik weet wat fictie en non-fictie is en ik kan de ontwikkeling van hoofdpersonen beschrijven.
Hoe bereiken we dit doel?
- Herkansing 1 werkwoordspelling (25 minuten)
- Fictie, non-fictie en de ontwikkeling van hoofdpersonen
- Lezen van teksten en discussie.
- Controleren leerdoel

Slide 2 - Slide

Herkansing werkwoordspelling
Alle tafels zijn uit elkaar.
Je maakt de herkansing 1 werkwoordspelling. 
Heb je de toets al gehaald? Ga dan iets doen voor een ander vak behalve Nederlands.

Je krijgt 25 minuten de tijd voor deze toets.
timer
25:00

Slide 3 - Slide

Wat is volgens jou fictie?

Slide 4 - Open question

Wat is volgens jou non-fictie?

Slide 5 - Open question

Fictie, non-fictie en de ontwikkeling v/d hoofdpersoon
Fictie: Een verhaal/gedachtegang die zich hoofdzakelijk afspeelt in het hoofd van de schrijver.

Non-fictie: worden informatieve teksten of beelden aangeduid, die hoofdzakelijk op de werkelijkheid betrekking hebben. 

Sommige verhalen zijn gebaseerd op waargebeurde verhalen, maar bij fictie zijn er bepaalde elementen anders dan de werkelijkheid. Dan nog is het fictie.

Slide 6 - Slide

Realistisch en niet-realistisch
Realistisch: Een verhaal dat lijkt op de werkelijkheid.
Niet-realistisch: Verhalen waarin onwerkelijke dingen gebeuren.
Voorbeeld realistisch verhaal: Wild - Mel Wallis de Vries.
Voorbeeld niet-realistisch verhaal: Harry Potter - J.K. Rowling

Slide 7 - Slide

Een aflevering van een soapserie
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 8 - Quiz

De biografie van Max Verstappen
A
fictie
B
non-fictie

Slide 9 - Quiz

Ontwikkeling van de hoofdpersoon
Ontwikkeling hoofdpersoon: In de meeste boeken maakt de hoofdpersoon een ontwikkeling door. Vooral in probleemboeken zie je dat goed: de hoofdpersoon heeft een probleem en probeert dat op te lossen. Door dit proces verandert de hoofdpersoon.

Slide 10 - Slide

Het boek kortsluiting - Lineke Dijkzeul
Blz. 204

Huiswerk volgende les : opdracht 2, 3 en 4 

Slide 11 - Slide