Kerstquiz natuurkunde havo 3

Kerstquiz 2024
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Kerstquiz 2024

Slide 1 - Slide

Wie ontdekte zwaartekracht?
A
Albert Einstein
B
Isaac Newton
C
Werner Heisenberg
D
Stephen Hawking

Slide 2 - Quiz

Welke energievorm zorgt ervoor dat een fietsdynamo wordt aangedreven.
A
Zwaarte energie
B
Elektrische energie
C
Kinetische energie
D
Geen energie (Dit maakt de dynamo juist)

Slide 3 - Quiz

Hoeveel pk heeft een paard?
A
0,1
B
1
C
10
D
100

Slide 4 - Quiz

Wat veroorzaakt eb en vloed voornamelijk?
A
De zwaartekracht van de aarde
B
De aantrekkingskracht van de maan
C
Het magnetisch veld van de aarde
D
De druk van de atmosfeer

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

De lampjes in een slinger kerstverlichting zijn ....
A
in serie geschakeld.
B
parallel geschakeld.
C
niet geschakeld.

Slide 7 - Quiz

Wat heeft de kleinste elektrische weerstand?
A
De kerstman
B
Een kerstbrood
C
Het bestek tijdens het kerstdiner
D
Glühwein

Slide 8 - Quiz

Wanneer heeft iets wel massa, maar geen gewicht.
A
In de ruimte
B
Tijdens een vrije val
C
Als je niet op de weegschaal staat
D
Als er geen normaalkracht is.

Slide 9 - Quiz

Wat vieren we eigenlijk met kerst?
A
De dag dat Jezus is opgevaren naar de hemel
B
De geboorte van Jezus
C
De dood van Jezus
D
De creatie van het vliegend spagetti monster

Slide 10 - Quiz

Kracht kan je meten in Newton (N). 1 kg suiker is bijvoorbeeld 9,8 N. Maar waar komt die 9,8 nou vandaan?
A
Uit de veerunster
B
Dat is π in het kwadraat
C
Als je een muntje in een aquarium gooit en daar de frequentie van meet
D
De zwaartekracht van de aarde

Slide 11 - Quiz

Hoe noemen de Engelsen een oliebol?
A
Oily Ball
B
Fruit Doughnut
C
Raisinball
D
Oil Doughnut

Slide 12 - Quiz

Hoeveel seconden zitten er in een uur?
A
60
B
24
C
86400
D
3600

Slide 13 - Quiz

Usain Bolt rent met een snelheid van 10 m/s (meter per seconde). wat is zijn snelheid in km/h?
A
10 km/h
B
36 km/h
C
2,78 km/h
D
36 000 km/h

Slide 14 - Quiz