Schritt 2

Grammatik Schritt 2 und 3
1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Grammatik Schritt 2 und 3

Slide 1 - Slide

Umlaut

Slide 2 - Slide

Goed of fout?
Een Umlaut verandert de klank van de klinker
A
goed
B
fout

Slide 3 - Quiz

goed of fout?
Een Umlaut verandert soms de betekenis van een woord
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quiz

Een Umlaut kan op iedere tweeklank geplaatst worden.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quiz

Luister naar de uitspraak en kies het woord dat GEEN Umlaut hoort te hebben.
A
B
C
D

Slide 6 - Quiz

Großbuchstaben
Wann?

Slide 7 - Slide

Gebruik hoofdletters waar nodig.
hallo, mein name ist jonas.

Slide 8 - Open question

Gebruik hoofdletters waar nodig.
ich bin 13 jahre alt.

Slide 9 - Open question

Gebruik hoofdltetters waar nodig.
die farbe meiner augen ist braun.

Slide 10 - Open question

De ringel - S
De ß (spreek uit: ringel S) is een letter in het Duitse alfabet.
Je spreekt het uit als een S.
In het Duits: Eszett.

Mache: Maak de ringel-s 5x foutloos in jouw werkboek.


timer
1:30

Slide 11 - Slide

ß of ss
Ich hei__e Thomas
heten
A
ß
B
ss

Slide 12 - Quiz

ß of ss
Mein Kopfki__en ist gelb.
kussen
A
ß
B
ss

Slide 13 - Quiz

Fragewörter
wo
wohin
woher
wie
was
wann
warum
welche
wer

Slide 14 - Slide

Waar ben jij?
A
wer bist du?
B
wo bist du?

Slide 15 - Quiz

Wie ben jij?
A
Wie bist du?
B
Wer bist du?

Slide 16 - Quiz

Hoe gaat het?
A
Wer geht's?
B
Wie geht's?
C
Wo geht's?
D
Wann geht's

Slide 17 - Quiz

waar ga jij heen?
_____ gehst du?
A
wo
B
wohin
C
woher

Slide 18 - Quiz