H5,2-Zuur ionisatie (stgj)

Vragen §5.2 - zuur ionisatie
Deze les bevat een aantal vragen die je kennis over zuur ionisatie testen. Neem er de tijd voor; lees de opgaven goed!
1 / 14
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Vragen §5.2 - zuur ionisatie
Deze les bevat een aantal vragen die je kennis over zuur ionisatie testen. Neem er de tijd voor; lees de opgaven goed!

Slide 1 - Slide

Instructie
Sommige vragen verschijnen op een sheet;
het antwoord vul je in op de sheet erna.
Maar bij de meeste vragen spreek het voor zich.

Slide 2 - Slide

Maak een foto van je antwoorden van vraag 6 tm 14 van § 5.2

Slide 3 - Open question

Vraag
Van twee verschillende oplossingen van hetzelfde zuur wordt de stroomgeleiding gemeten. 

De stroomgeleiding van oplossing 1 blijkt beter te zijn dan die van oplossing 2. 
Welk zuur heeft de laagste pH
 

Slide 4 - Slide

Welke oplossing heeft de laagste pH?
oplossing 1 of 2? Waarom?

Slide 5 - Open question

Sleep de juiste waardigheid naar het zuur
zwavelzuur
koolzuur
salpeterzuur
fosforzuur
1-waardig
2-waardig
2-waardig
3-waardig
4-waardig

Slide 6 - Drag question

Geef alle ionisatiestappen van waterstofchloride

Slide 7 - Open question


Appelzuur, C4H6O5, is een tweewaardig zuur. Was is de formule van het zuurrest?

Slide 8 - Open question


AsO43- is de zuurrest van een zuur met onbekende waardigheid. Je weet echter wel dat het zuur zelf neutraal is.

Wat is de formule van dit zuur?
A
HAsO₄
B
H₂AsO₄
C
H₃AsO₄
D
H₄AsO₄

Slide 9 - Quiz

Vraag
Van twee verschillende zuren met eenzelfde concentratie word de pH gemeten. Zuur A blijkt een hogere pH waarde te hebben. Leg uit hoe dit kan. 

Slide 10 - Slide

Leg waarom zuur A een hogere pH kan hebben ondanks dezelfde concentratie zuur.

Slide 11 - Open question

Geef alle ionisatie stappen voor azijnzuur in water.

Slide 12 - Open question


C2O42-
C2O42-
Welk zuur hoort er bij de geconjungeerde base C2O42-?
A
H2C2O4
B
HC2(O4)
C
C2(O4)2
D
H3C2O4

Slide 13 - Quiz

Heb je nog een vraag voor je docent?

Slide 14 - Open question