4.2: nombres (1000)

ce cours du 25 janvier
aanwijzend voornaamwoord, nombres (0-1000)

VIFE : Fenna Visser
1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

ce cours du 25 janvier
aanwijzend voornaamwoord, nombres (0-1000)

VIFE : Fenna Visser

Slide 1 - Slide

Wat ga ik deze les leren?
  1. Herhaling: iets aanwijzen in het Frans (die/dat/deze/dit)
  2. Getallen tot 1000 maken in het Frans

Slide 2 - Slide

Planning
  • Magister
  • Herhaling: aanwijzend voornaamwoord
  • Regarder E
  • Nombres (1000)

Slide 3 - Slide

Magister
  • Aanwezig
  • Op tijd
  • Boeken mee
  • Huiswerk gemaakt

Slide 4 - Slide

Toets chapitre 3
Jeudi 8 février (toetsmoment 1e uur)
  • vocabulaire (mots + phrases): F-N/N-F
  • nombres (0-1000): F-N
  • grammaire: aanwijzend voornaamwoord, vouloir/pouvoir
  • écrire: kort verhaal schrijven met phrases-clés
  • lire: een tekst lezen en vragen beantwoorden

Slide 5 - Slide

Aanwijzend voornaamwoord (p. 110)
Hoe wijs ik iets specifieks aan (die, dat, deze, dit) ?
  1. le pantalon
  2. la rue
  3. l'anniversaire (m)
  4. les chaussures

Slide 6 - Slide

Aanwijzend voornaamwoord (p. 110)
Hoe wijs ik iets specifieks aan (die, dat, deze, dit) ?
  1. ce pantalon
  2. cette rue
  3. cet anniversaire (m)
  4. ces chaussures

Slide 7 - Slide

Nombres jusqu'au 1000 (p. 106-107)
  • Faire: ex. 13bc (en classe), 13d
  • Aide: p. 106, p. 163
  • Fini? werkblad getallen

timer
5:00

Slide 8 - Slide

Jeu chiffres
  1. Ga in groepjes zitten (+/- 4 élèves).
  2. Ik noem een Frans getal.
  3. Jullie leggen dit getal neer met de kaartjes (0-9).
  4. Als je het getal heb gemaakt doe je snel je handen omhoog.
  5. Wie als eerste allemaal hun handen omhoog hebben (en het goed hebben) krijgen de punt van die ronde.
  6. De groep met de meeste punten wint!

Slide 9 - Slide

Wat heb ik geleerd?
  1. Ik kan iets aanwijzen in het Frans (le stylo, l'écran (m), la fenêtre).
  2. Ik kan vertellen wat sept-cent-cinquante-deux is.

Slide 10 - Slide

Devoirs
  • Faire: ex. 13d
  • Apprendre: vocabulaire E, 10 mots (p. 129), nombres jusqu'à 1000 (p. 130, alleen F-N)

Slide 11 - Slide