This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
BS 4.1: ontwikkeling van het leven op aarde
Slide 1 - Slide
Leerdoel
Je kunt een tijdbalk van het leven op aarde en een stamboom van organismen aflezen.
Slide 2 - Slide
Wat kwam er als eerst op aarde?
A
Bacteriën
B
Zuurstof
C
Dieren
D
Eencellige planten
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Video
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Welk dier is het meest verwant aan (dus een nakomeling van) een T. rex?
A
Krokodil
B
Slang
C
Kip
D
Baardagaam
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Slide
Stambomen en verwantschap
Hoe jonger de gemeenschappelijke voorouder,
hoe verwanter ze zijn.
Slide 9 - Slide
De mens stamt niet af van de aap
Slide 10 - Slide
Waar is het leven op aarde ontstaan?
A
Het is vanuit de ruimte gekomen
B
In het water
C
Op het land
D
In de grond
Slide 11 - Quiz
Zijn alle soorten waarvan fossielen worden gevonden uitgestorven?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Stamboom slangen. Welk soort is als eerste ontstaan?
A
1
B
2
C
3
D
7
Slide 13 - Quiz
Stamboom slangen.
Welk soort is uitgestorven?
A
1
B
7
C
4
D
6
Slide 14 - Quiz
Levensvormen op de juiste volgorde. Van oud naar jong
A
waterdieren - landdieren - landplanten - mensen
B
landplanten - waterdieren
landdieren - mensen
C
waterdieren - landplanten -
landdieren - mensen
D
mensen - landdieren - landplanten - waterdieren
Slide 15 - Quiz
Door welke organismen ontstond het eerste zuurstof in de lucht
A
meercellige organismen
B
eenvoudige levensvormen
C
eencellige organismen
D
bacteriën
Slide 16 - Quiz
Welke is/zijn juist? 1. Cebochoerus is de voorouder van alle varkensachtigen. 2. Het wild zwijn is meer verwant aan het hertzwijn dan aan het gewoon wrattenzwijn.