2JA week 2.1 lesson 2

2JA week 2.2 lesson 2
30-10-2024
Laptop --> open lessonup
Book --> open page 50 & 51
Notebook

1 / 21
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

2JA week 2.2 lesson 2
30-10-2024
Laptop --> open lessonup
Book --> open page 50 & 51
Notebook

Slide 1 - Slide

Today
  • Learning goal
  • New grammar: Past simple
  • Unit 2 lesson 2 exercises 

Slide 2 - Slide

Learning goal
At the end of this lesson you can use the Past Simple to explain things that happened in the past.

Slide 3 - Slide

Grammar: Past Simple
  • De past simple gebruik je om aan te geven dat iets in het verleden is gebeurd en is afgelopen.
  • Vaak met signaalwoorden als: yesterday, last week, two years ago, this morning.

Slide 4 - Slide

Past simple -->regelmatige ww:
Er komt -ed achter het werkwoord:

walk (lopen) - walked
remember (herinneren) - remembered
visit (bezoeken) - visited

Slide 5 - Slide

Past simple -->regelmatige ww:
Er komt -d achter het werkwoord:

live (leven) - lived
use (gebruiken) - used

Slide 6 - Slide

Past simple -->regelmatige ww:
Er komt -ied achter het werkwoord:
(let op! alleen bij medeklinker + y)

carry (dragen) - carried
study (studeren) - studied

Slide 7 - Slide

Past simple -->regelmatige ww:
Medeklinker verdubbelt + ed

step -- stepped
stop -- stopped
hug -- hugged


Slide 8 - Slide

*De vetgedrukte woorden hieronder zijn allemaal de past simple van onregelmatige werkwoorden:

be (zijn) - was / were                keep (houden) - kept
fall (vallen) - fell                          leave (weggaan) - left
feel (voelen) - felt                       read (lezen) - read 
give (geven) - gave                    tell (vertellen) - told
go (gaan) - went                        think (denken) - thought
have (hebben) - had

Slide 9 - Slide

Als je dus bijvoorbeeld in het Engels wil zeggen:

Ik viel gisteren van mijn fiets, of:
Ik dacht dat ik het geld had, dan zeg je:

I fell off my bike yesterday.

I thought (that) I had the money.




Slide 10 - Slide

Past simple of
to talk?
A
talks
B
talking
C
talked
D
tolk

Slide 11 - Quiz

Past Simple of
to work?
A
works
B
worked
C
working
D
workedd

Slide 12 - Quiz

Past Simple of
to cycle?
A
cycleed
B
cycleded
C
cycled
D
cycle

Slide 13 - Quiz

Put in the correct Past Simple form:
Nancy ....... with her friends yesterday. (to play)

Slide 14 - Open question

Choose the correct Past Simple form:
Famke Louise ...... another bad concert last night.
A
haved
B
gived
C
has done
D
gave

Slide 15 - Quiz

Choose the correct Past Simple form:
Mr Rensen ....... me how to use the Past Simple yesterday.
A
teached
B
taughted
C
taught
D
teaches

Slide 16 - Quiz

Put in the correct Past Simple form:
NEC ..... PSV last week. (to defeat)

Slide 17 - Open question

Past Simple: Questions
Bij alle werkwoorden:
Did + onderwerp + hele werkwoord
Je vervoegt dus helemaal niks!!!
Examples:
Did you go?
Did she see?
Did they find?

Slide 18 - Slide

Past Simple: Negations
Bij alle werkwoorden:
Onderwerp + didn't + hele werkwoord
Je vervoegt dus helemaal niks!!!!
Examples:
I didn't go
He didn't see
We didn't find

Slide 19 - Slide

All Right
  • Online: Unit 2 lesson 2 exercises 8,9 & 10
  • Finished? online Unit 2 lesson 2 exercises 2 till 7
  • On your own in silence

Slide 20 - Slide

Homework
  • ABC: Unit 1 lesson 2 exercises 2 till 10
  • BC: Unit 1 lesson 2 exercises 11 & 13
  • Online

Slide 21 - Slide