week 9

Comics File 4
1 / 28
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Comics File 4

Slide 1 - Slide

week 9
leerdoelen:
  • persoonlijke & bezittelijke voornaamwoorden
  • Ik weet hoe hoe en wanneer ik de bezits  's/ '/ & of moet gebruiken
  • Ik kan info uit een gesproken tekst halen
  • Ik ken de onregelmatige ww
  • Ik ken de woorden van A,B & C

Slide 2 - Slide

persoonlijke & bezittelijke voornaamwoorden
  • My car                      of     that car is mine
  • Your car                   of     that car is yours
  • His/her/its car      of     that car is his/hers/its
  • Our car                     of     that car is ours
  • Their car                  of    that car is theirs

Slide 3 - Slide

wat is het verschil tussen deze zinnen? kun je het vertalen?

Slide 4 - Slide

Als je wil zeggen dat iets van iemand is, zet je meestal een 's achter de eigenaar
Dat is de auto van Frank = That is Frank's car

De kamer van mijn zus is een zooi = My sister's room is a mess

De vriendin van Kees is knap = Kees's girlfriend is pretty

Slide 5 - Slide

Soms gebruik je alleen een ' !


Als de eigenaar en in het meervoud staat en dat al op een s eindigt
Het huis van mijn ouders is groot = My partens' house is big
Het haar van zijn vrienden is kort = His friends' hair is short

Slide 6 - Slide

Als de eigenaar een ding is gebruik je vaak of in plaats van 's
De deur van het huis is wit = The door of the house is white

De ramen van het gebouw zijn dicht = The windows of the building are closed

De wiel van de auto = The wheel of the car

Slide 7 - Slide

Waarmee geef je bezit aan?
drie antwoorden zijn goed
A
s
B
's
C
'
D
of

Slide 8 - Quiz

Wanneer gebruik je alleen de ' om bezit aan te geven?
A
Bij meervoud dat al op een s eindigt
B
Bij meervoud
C
Bij enkelvoud
D
Bij enkelvoud dat al op een s eindigt

Slide 9 - Quiz

Kies de juiste vorm van bezit: 's of '
A
The boys's skateboards are expensive
B
The boys' skateboards are expensive

Slide 10 - Quiz

This is .... book
A
Julians
B
Julian's
C
Julians'

Slide 11 - Quiz

He is .... brother
A
Laura's
B
Lauras'
C
Laura's'

Slide 12 - Quiz

Our ...... cars are big
A
parent's
B
parents'

Slide 13 - Quiz

The .... room is nice! They have a bunkbed and lots of space.
A
children's
B
childrens'

Slide 14 - Quiz

... Playstation is brand new.
A
Charles's
B
Charles'

Slide 15 - Quiz

Kies de juiste vorm van bezit: 's of '
A
Mike's dog is really cool
B
Mike' dog is really cool

Slide 16 - Quiz

Kies de juiste vorm van bezit: 's of '
A
Chris's design looks nice
B
Chris' design looks nice

Slide 17 - Quiz

Kies de juiste vorm van bezit: 's of '
My .. car is broken
A
father's
B
fathers'

Slide 18 - Quiz

Kies de juiste vorm van bezit: 's of '
... handbag is pretty
A
Jesse's
B
Jesses'

Slide 19 - Quiz

Kies de juiste vorm van bezit: 's of '
Our teachers... lessons are boring.
A
's
B
'

Slide 20 - Quiz

Wat is de past simple van het werkwoord (to)break?

Slide 21 - Open question

Wat is de past simple van het werkwoord (to) eat?

Slide 22 - Open question

Wat is de past simple van het werkwoord to leave

Slide 23 - Open question

Wat is de past simple van het werkwoord (to) run?

Slide 24 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van (to) draw?

Slide 25 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van (to) do?

Slide 26 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van see?

Slide 27 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van go?

Slide 28 - Open question