Lezen 5.2 - 3 basis/kader

Lezen 5.2 -
3 basis/kader
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lezen 5.2 -
3 basis/kader

Slide 1 - Slide

Lesplanning
- Uitleg theorie
- Vragen over de theorie
- Maken: oefeningen 5.2

Lesdoel:
- Je kunt vertellen wat het verschil is tussen overtuigende en activerende teksten. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat voor soort tekst is een 'advertentie'?
A
overtuigende tekst
B
activerende tekst

Slide 5 - Quiz

Wat voor soort tekst is een 'uitnodiging'?
A
overtuigende tekst
B
activerende tekst

Slide 6 - Quiz

Wat voor soort tekst is een 'ingezonden brief'?
A
overtuigende tekst
B
activerende tekst

Slide 7 - Quiz

Wat voor soort tekst is een 'oproep'?
A
overtuigende tekst
B
activerende tekst

Slide 8 - Quiz

Wat voor soort tekst is een 'artikel'?
A
overtuigende tekst
B
activerende tekst

Slide 9 - Quiz

Wat voor soort tekst is een 'recensie'?
A
overtuigende tekst
B
activerende tekst

Slide 10 - Quiz

Wat staat er in de inleiding van een overtuigende tekst?
A
de argumenten
B
conclusie
C
het standpunt van de schrijver

Slide 11 - Quiz

Wat staat er in de kern van een overtuigende tekst?
A
de argumenten
B
conclusie
C
het standpunt van de schrijver

Slide 12 - Quiz

Wat staat er in het slot van een overtuigende tekst?
A
de argumenten
B
conclusie
C
het standpunt van de schrijver

Slide 13 - Quiz

Wat is een overeenkomst tussen een overtuigende en een activerende tekst?

Slide 14 - Open question

Wat is een verschil tussen een overtuigende en een activerende tekst?

Slide 15 - Open question

Doe je boek open op blz. 160.

Sluit LessonUp nog niet af.

Slide 16 - Slide

Lees opdracht 3c (blz. 160). Noteer de letters van de drie correcte antwoorden.

In alfabetische volgorde met een spatie ertussen.

Slide 17 - Open question

Wat is het doel van de schrijver van tekst 1 (blz. 160)?
A
activeren
B
overtuigen

Slide 18 - Quiz

Wat is de mening van de schrijver van tekst 1?

Slide 19 - Open question

De mening van de schrijver is: Alle kinderen moeten naar school. / Kinderarbeid moet stoppen.

In welke alinea's staan de argumenten? Noteer de nummers.

Slide 20 - Open question

Noteer de zin waarin de conclusie van deze tekst staat.

Slide 21 - Open question

Geef een voorbeeld van een overtuigende tekst.

Slide 22 - Open question

Geef een voorbeeld van een activerende tekst.

Slide 23 - Open question

Lesdoel behaald?
Lesdoel:
- Je kunt vertellen wat het verschil is tussen overtuigende en activerende teksten. 

Slide 24 - Slide

Stel een vraag over iets dat je nog niet goed hebt begrepen.

Slide 25 - Open question

Noem iets uit deze les dat je goed hebt begrepen.

Slide 26 - Open question