FA 21-22 V2 chap 1 uitleg H

1 / 27
next
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 12 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

bonjour

Wat is een bezittelijke v.n.w.?

mijn, jouw,zijn/haar, ons/onze, jullie, hun

+

Z.N.W.

Slide 2 - Slide

in het Frans kijk je naar het ZNW:






denk aan het kruis!  

b.v. "mijn"

is het meervoud of enkelvoud? mes

is het mannelijk of vrouwelijk? mon of ma

Slide 3 - Slide

soms is er een uitzondering

mon amie

=

mijn vriendin

"mon" is hier raar want "amie" is ....

maar het is wel nodig vanwege ....

Slide 4 - Slide

MA  AMIE is fout! ook ta, sa amie

mon amie

=

mijn vriendin

"mon" is hier raar want "amie" is VROUWELIJK

maar het is wel nodig vanwege KLANKBOTSING

Slide 5 - Slide

conclusie...
als het woord niet meervoud is
en begint met een klinker of een stomme H
dan gebruik je de mannelijke vorm.
ma histoire (v) => mon histoire
ta adresse (v) => ton adresse
                                                           en ook:  mon hôtel (m)
                                                                             son ami (m)

Slide 6 - Slide

Les pronoms possessifs
mon           | ma (mon*) 
ton              | ta (ton*)         
son             |  sa (son*)                     mijn
__________|___________                    jouw
mes           | mes                                zijn en haar
tes              | tes                                * als het woord begint met
ses             | ses                                   een klinker of een stomme H

Slide 7 - Slide

Les pronoms possessifs (suite)
notre          | notre 
votre          | votre         
leur            |  leur                                ons en onze
__________|___________                    jullie en uw
nos            | nos                                  hun
vos            | vos
leurs         | leurs                                

Slide 8 - Slide

Tu refais dans ton livre l'exercice 31abd (geen grammaire gebruiken:) en silence et en autonomie
timer
5:00

Slide 9 - Slide

Les pronoms possessifs: corrige 1.31
31a: 1. notre chien         4. sa tente
          2. ma cousine     5. ton hôtel
          3. leur camping  6. vos amis
31b   1. ton père             5. tes amis
           2. ma mère           6. mes amis
           3. son frère           7. votre hôtel
           4. son frère           8. notre hôtel

Slide 10 - Slide

Les pronoms possessifs: on corrige 1.31d
31d:
1. oui, j'ai aimé mon séjour.
2. oui, j'ai eu ma tente.
3. oui, j'ai été avec mes amis.
4. oui, nous avons rencontré nos cousins français.
5. oui, nous avons parlé de notre famille.

Slide 11 - Slide

(mijn) ... poisson rouge
A
ma
B
mon
C
mes
D
ton

Slide 12 - Quiz

(zijn/haar) ... chat
A
son / sa
B
sa /sa
C
son / son
D
sa / son

Slide 13 - Quiz

(jouw) .... amie
A
ta
B
sa
C
tes
D
ton

Slide 14 - Quiz

(haar) ... interdiction
A
son
B
sa
C
mon
D
ses

Slide 15 - Quiz

(onze) ... collège
A
votre
B
notre
C
nous
D
nos

Slide 16 - Quiz

(hun) ... plage
A
leurs
B
notre
C
votre
D
leur

Slide 17 - Quiz

(jullie) ... copain

Slide 18 - Open question

(haar) ... père

Slide 19 - Open question

(zijn) ... mère

Slide 20 - Open question

(onze) ... animaux domestiques

Slide 21 - Open question

(hun) ... frères et soeurs

Slide 22 - Open question

(mijn) ... village

Slide 23 - Open question

( haar) ... semaines

Slide 24 - Open question

(zijn) ... soeur

Slide 25 - Open question

(jouw) ... histoire

Slide 26 - Open question

pour le devoir du 22/10
* apprends le vocabulaire: A, B, E, F
* apprends la grammaire: D et H
* apprends les phrases-clés: C et G
alles FN en NF!
Je kan vertellen over je vakantie, een tekst begrijpen over het onderwerp en de passé composé en pronoms possessifs toepassen.

Slide 27 - Slide