Reconstrueer de tijd in dit hoofdstuk. Begin bij wat het langst geleden is en eindig bij wat het dichtste bij het heden is.
Een beetje hulp geef ik je:
Raymond Lemorne is 16 jaar oud. Gebeurtenis: Hij springt van een balkon.
Raymond Lemorne is 37 jaar oud. Gebeurtenis: (zelf invullen)
Schrijf op wat de tijd is (bijvoorbeeld: ‘In april las Lemorne in de krant over....) en wat de gebeurtenis is in ieder stukje tijd.