2 okt_les 6 (en 4)

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom havo 1A!

Op tafel:

- laptop en log in op LessonUp

- map

- pen

Welkom havo 1A

Ga zitten volgens de plattegrond. 

Vandaag maandag 2 oktober: 

Mededeling

Aanmelden op de klas van LessonUp

Zelf antwoorden nakijken en verbeteren

Les 6 

Mededeling

Donderdag 5 oktober, 6e lesuur: 

SO over les 1, 2, 3 en 4.

Leer de begrippen en de woordjes.

Kijk naar je aantekeningen. 

Kijk naar je gemaakte opdrachten. 

Aanmelden op klas

Klik op deze link: 

LessonUp.app/invite/group/rlpwm

Gebruik wachtwoord rlpwm

Meld je aan. 

Antwoorden nakijken

Kijk zelf je antwoorden na: 

les 4, opdracht 2 en 3.

Gebruik een nakijkpen!

Les 4 opdracht 2; gebruik een andere kleur pen.

Les 4, opdracht 3

Gebruik een andere kleur pen.

Les 6

Zelfstandig naamwoord > 

namen van mensen, dieren, dingen

concrete zaken

abstracte zaken

meervoud van maken

verkleinwoord van maken

Lidwoord > hoort bij een zelfstandig naamwoord: de, het, een

Bijvoeglijk naamwoord > geeft informatie over het zelfstandig naamwoord

meteen oefenen

Wat zijn zelfstandig naamwoorden in:
De man liep over straat en ging de tweede weg in.

1. man
2. straat
3. weg
4. geen enkele optie

Wat zijn zelfstandig naamwoorden in:
De waterfles stond op de tafel van de juf.

1. waterfles
2. juf
3. tafel
4. geen enkele optie

Geef de zelfstandig naamwoorden in:
"Directeur Wim van As ging van een viskraam op de Albert Cuyp-markt naar een miljoenenbedrijf.

Geef de zelfstandig naamwoorden in:
"Huisartsen hebben te weinig tijd en kennis om de gevaren van antidepressiva in te schatten.

Laptop bij je?	Geen laptop bij je?
1. Ga naar numo.nl	1. Open Kern
2. Klik op: Taken	2. Ga naar pagina 27
3. Begin aan de eerste taak	3. Maak opdracht 1, 2, 3 en 4 van les 6.

Aan de slag

Huiswerk

Les 4, opdracht 3 en 5

teksdoelen???

Leg deze pagina over tekstdoelen open.

Leerdoelen les 2, 3, 4

1. R: Ik weet dat er verschillende tekstdoelen zijn en wat de schrijver met elk apart tekstdoel bedoelt. 
2. T1: Ik kan verschillende soorten en kenmerken van teksten herkennen. 
3. T2: Ik kan uitleggen waarom een tekst een bepaald doel heeft. 

Wat is het doel van de schrijver?

= tekstdoel

• informeren > les 2 (vorige les)
• beschouwen > les 3 (vorige les)
• overtuigen > les 3 (vorige les)
• activeren > les 4
• amuseren > les 4

Oefenen

Huiswerk

Les 4, opdracht 2 en 3.

Lees de tekst op pagina 20. 

Nog niet inpakken, want nog één laatste vraag: 

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd.