8.2 Een nieuwe samenleving (A)

Tijd van Burgers en Stoommachines
8.2 Een nieuwe samenleving (A)
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Tijd van Burgers en Stoommachines
8.2 Een nieuwe samenleving (A)

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen? 
1. Welkom
2. Leerdoelen terugkoppeling
3. Leerdoelen
4. Theorie
5. Beeldmateriaal
6. Aan de slag
7. Leerdoelen nabespreken 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen terugkoppeling
Je kunt beschrijven hoe Nederland als koloniale machthebber in Nederlands-Indie vormgaf aan het modern imperialisme.

Je kunt uitleggen welke politieke en ideologische motieven een rol speelden bij het opkomen en uitbreiden van het modern imperialisme. 


Slide 3 - Slide

Leerdoelen 
Je kunt de levensomtandigheden van arbeiders beschrijven en verklaren. 

Je begrijpt waarom de midden-hogere klassen zich zorgen maakten over de sociale kwestie en je kunt uitleggen welke rol de overheid hierin ging spelen. 


Slide 4 - Slide

Theorie 
Door de snelle industrialisatie groeiden industriesteden 
als kool. Eindhoven had in 1820 bijvoorbeeld 2300 inwoners. Dit aantal inwoners was in 1920 ruim twintig keer zoveel: 48.000! 

Slide 5 - Slide

Theorie 
Woningen voor mensen die naar de stad verhuisden waren er niet! Deze werden vaak haastig gebouwd met weinig aandacht voor comfort, hygiene en bewegingsruimte. 

Opschrijven:
Arbeidersgezinnen brachten avonden en nachten door in gehorige, vochtige en verkrotte woningen, dicht op elkaar in kleine ruimten waar ouders en kinderen samen in een kamer sliepen. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Theorie 
Daarnaast waren de werkomstandigheden erg zwaar! De lonen waren laag en de gezondheids- en veiligheidssituatie in de grote, lawaaiige, slecht geventileerde fabriekshallen was beroerd. 

Slide 9 - Slide

Theorie 
Door deze slechte leefomstandigheden (dus woon- en werkomstandigheden) was de gezondheidstoestand van arbeiders slecht. Ze werden gemiddeld tussen 40 en 55 jaar oud. 

Er ontstonden ook vele sociale problemen. Mensen dronken hun ellende weg door alcohol waar kinderen thuis weer last van kregen! Kinderen gingen niet naar school: het arbeidersbestaan ging van vader op zoon. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Theorie 
Opschrijven:
De overheid deed niets aan de problemen van arbeiders. Zij vond dat ondernemers alle ruimte moesten krijgen om zoveel mogelijk winst te maken. Hierdoor groeit de economie! (?)

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Theorie 
Vanuit de samenleving begon men zich zorgen te maken over deze arbeiders. Ook waren de arbeiders door hun slechte leefomstandigheden verspreiders van ziektes en waren ze vaak in het openbaar dronken of deden aan prostitutie. 

De 'neergang van de beschaving' moest worden aangepakt! Er kwamen opvoedkampen, campagnes opgestart maar niet hielp. De arbeiders moesten voor zichzelf zien op te komen en zich verenigen .. ! 

Slide 14 - Slide

Theorie 
Opschrijven:
De sociale kwestie: Het grote maatschappelijke vraagstuk van de slechte leefomstandigheden van de arbeidersklasse en hoe deze moest worden opgelost. 

Slide 15 - Slide

Beeldmateriaal

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Aan de slag
1. Lees  paragraaf 8.2 nog eens goed door tot de klassenstrijd van Marx

2. Beginnen met Kennen en Kunnen lijst van 8.2.

3. Maak de opdrachten 1, 2 en 3 op pagina 150 en 151. 

Slide 20 - Slide

Leerdoelen nabespreken
Je kunt de levensomtandigheden van arbeiders beschrijven en verklaren. 

Je begrijpt waarom de midden-hogere klassen zich zorgen maakten over de sociale kwestie en je kunt uitleggen welke rol de overheid hierin ging spelen. 


Slide 21 - Slide