This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Klimaten in Zuid-Amerika
Slide 1 - Slide
Welkom!
Doe je telefoon in de telefoon tas, ga zitten en pak je spullen
Wat heb je nodig?
- je schrift en pen
Slide 2 - Slide
Lesdoelen §1.2
Aan het eind van de les kan je:
1. (m.b.v. de atlas) a.d.h.v. de temperatuur- en neerslagfactoren de verschillende klimaten in Zuid-Amerika verklaren
Slide 3 - Slide
Klimaten
Verklaren m.b.v. temperatuur en neerslagfactoren o.a.:
breedteligging
hoogteligging
loef- / lijzijde
Welke zie je op het plaatje?
Slide 4 - Slide
En dan nu toepassen op Zuid-Amerika
Slide 5 - Slide
Klimaatfactoren
Ligging van klimaat- vegetatie- en landschapszones wordt bepaald door klimaatfactoren:
breedteligging
hoogteligging
loef- / lijzijde
invloed van zee- en luchtstromen
Slide 6 - Slide
Klimaten in Zuid-Amerika
Vanaf de evenaar logisch patroon:
A klimaat
Af
Aw
C klimaat
Cf
B klimaten door stuwingsneerslag/regenschaduw
E klimaten door hoogte Andes-gebergte
Slide 7 - Slide
A-klimaten
Evenaar: Af
Toch: kleiner gebied dan de meeste verwachten
Groot gebied: Aw = Savanne!
Slide 8 - Slide
ITCZ
Juli Januari
Slide 9 - Slide
B-Klimaten
In regenschaduw:
B-klimaat westkust:
Wind uit het oosten (ZO Passaat)
Regent uit over Amazone / tegen de Andes
Westkust koude zeestroom (geen verdamping) en aflandige wind: zeer droog
B-klimaat in Noordoost Brazilië:
Vlak ten westen van een hoog kustgebergte
Dus in regenschaduw
Slide 10 - Slide
C-klimaten
Zuidelijker dan A-klimaten (daar is het kouder)
En:
Als op zeeniveau A-klimaat is
Dan is er eerst bij gebergte een C-klimaat
(hoe hoger, hoe kouder)
(pas nog hoger een E-klimaat)
Slide 11 - Slide
E-klimaten
Koudste klimaten
Alleen zeer lokaal bij bergtoppen
Wel zeer bijzonder: dit klimaat zo dicht bij de evenaar
Slide 12 - Slide
El Nino situatie
Slide 13 - Slide
LessonUp inloggen
Ga naar lessonup.app op je laptop
Vul onderstaande code in
Geef je eigen naam (geen nickname, andere namen of emojis)
timer
2:00
Slide 14 - Slide
Welk klimaat komt niet voor in Zuid-Amerika?
A
B-klimaat
B
C-klimaat
C
D-klimaat
D
E-klimaat
Slide 15 - Quiz
Af-klimaat
Aw-klimaat
Aw-klimaat
Slide 16 - Drag question
Juli
Januari
Slide 17 - Drag question
In de zomermaanden (januari) valt er in het binnenland van Brazilië veel meer neerslag dan in de wintermaanden (juli). Leg dit uit. Je uitleg moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.
A
oorzaak = hogedrukgebied in januari. gevolg = koude, zware, dalende lucht.
B
oorzaak = lagedrukgebied in januari. gevolg = warme, lichte, stijgende lucht.
C
oorzaak = hogedrukgebied in januari. gevolg = warme, lichte, stijgende lucht.
D
oorzaak = lagedrukgebied in januari. gevolg = koude, zware, dalende lucht.
Slide 18 - Quiz
Welke klimaten horen bij de tropische klimaten?
A
Tropisch Regenwoudklimaat en Woestijnklimaat
B
Savanneklimaat en Steppeklimaat
C
Tropisch Regenwoudklimaat en Savanneklimaat
D
Zeeklimaat en Landklimaat
Slide 19 - Quiz
Welk type savanne zien we hier?
A
cerrado
B
llanos
C
caatinga
Slide 20 - Quiz
Caatinga is een relatief droog landschap. Die droogte komt omdat dit gebied in de regenschaduw / aan de lijzijde van gebergte ligt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Drag question
Bij een El Nino-situatie is het heel droog in Chili