This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Binnen = Beginnen
1. Telefoon in de telefoontas
2. Op je eigen plek.
3. Pak je spullen(iPad, Boeken, map)
4. Stilte.
Slide 1 - Slide
23 de noviembre del 2022
Slide 2 - Slide
Klas afspraken
- Als iemand aan het woord is, is de rest van de klas STIL.
-Fluisteren.
- Elkaar respecteren.
-Hand opsteken!
Slide 3 - Slide
El esquema het schema
1. Información generalAlgemene informatie
2. Tema nuevoNieuw onderwerp
3. Practicar Oefenen
4. Terugblik eerste periode
Slide 4 - Slide
Los objetivosde doelen
Después de esta clase ....Na deze les.....
-Ken ik de onbepaalde lidwoorden.
-Weet ik de kleuren in het Spaans.
-Kan ik een kledingstuk in het Spaans noemen.
Slide 5 - Slide
Materialen & Toetsen
- Toets 3: Leestoets
- Boeken meenemen?
Slide 6 - Slide
Wat is het verschil tussen bepaalde en onbepaalde lidwoorden?
Slide 7 - Open question
Onbepaalde lidwoorden
Un (enkelvoud) en Unos (meervoud) gebruiken we voor mannelijke zelfstandige naamwoorden. Voor vrouwelijk woorden gebruiken we Una (enkelvoud) en Unas (meervoud).
Bijvoorbeeld:
Un amigo (een vriend)
Unos amigos (enkele vrienden)
Una chica (een meisje)
Unas chicas (enkele meisjes)
Slide 8 - Slide
Maak aantekeningen.
Aantekingen: korte notitie om iets te onthouden
Slide 9 - Slide
Onbepaalde lidwoorden
Un (enkelvoud) en Unos (meervoud) gebruiken we voor mannelijke zelfstandige naamwoorden. Voor vrouwelijk woorden gebruiken we Una (enkelvoud) en Unas (meervoud).
Bijvoorbeeld:
Un amigo (een vriend)
Unos amigos (enkele vrienden)
Una chica (een meisje)
Unas chicas (enkele meisjes)
timer
4:00
Slide 10 - Slide
Mannelijk
Vrouwelijk
Unas
Unos
Un
Una
Slide 11 - Drag question
Sleep de onbepaalde lidwoorden naar de juiste woordjes.
UN
UNA
Chico
piscina
hospital
Canción
biblioteca
universidad
Pan
señor
Slide 12 - Drag question
Schrijf de kleuren over.
Slide 13 - Slide
Wat is je lievelingskleur?
A
Rojo
B
Azul
C
Amarillo
D
Het staat niet tussen
Slide 14 - Quiz
Morado
Amarillo
Negro
Gris
Wit
Rood
Azul
Paars
Rosa
Naranja
Slide 15 - Drag question
Rosa
Amarillo
Rosas
Amarillos
Azul
Naranja
El sol= Zon
Las rosas = de rozen
el cielo = de hemel
una naranja = een sinaasappel
una mariposa = een vlinder
Los plátanos = Bananen
Slide 16 - Drag question
Página: cuarenta y seis (46)
Ejercicio 1A:
1. Vertaal de woordjes.
2. Kijk naar de plaatjes en geef aan wat voor producten verkopen de onderstaande winkels.
Slide 17 - Slide
Página cuarenta y nueve (49)
Een zoek opdracht:
1. Opdracht 3A Verbind de begrippen met de bijhorende plaatjes.
2. Werkboek (Magister): página treinta y tres (33) opdracht 7.