Starttaal: spelling + stijlkwesties

Welkom!
Vandaag:
Twintig minuten lezen
Beoordeling gesprekken voeren + schrijven
Starttaal

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Welkom!
Vandaag:
Twintig minuten lezen
Beoordeling gesprekken voeren + schrijven
Starttaal

Slide 1 - Slide

Beoordelingscriteria gesprekken

Slide 2 - Slide

Beoordelingspunten

Opbouw gesprek
Verbale communicatie
Non-verbale communicatie
Spelling, grammatica en woordgebruik
Doel en publiek

Slide 3 - Slide

Opbouw gesprek
- Begroet en stel jezelf voor
- Klant op gemak stellen (small talk)
- Structuur van een gesprek
(afstemmen en vervolgens de diepte in)
- Vragen naar contactgegevens
- Gesprek (netjes) afsluiten

Slide 4 - Slide

Opbouw gesprek (belangrijk!)

- Begin met een 'praatje'
- Ga vervolgens (stap voor stap) de diepte in
- Zorg ervoor dat het duidelijk is wanneer het gesprek ten einde loopt, niet te abrupt.

Slide 5 - Slide

Verbale communicatie

- Maak bevestigende geluiden om te laten weten dat je luistert
- Stel vragen aan de klant
- Pas de LSD-methode toe
- Wachten met reageren totdat de klant is uitgesproken
(gepaste beurtwisseling)

Slide 6 - Slide

Non-verbale communicatie

- Houd een open houding aan
- Maak oogcontact met de klant

Slide 7 - Slide

Spelling, grammatica en woordgebruik


- Nauwelijks tot geen fouten in de grammatica
- Variëren in taalgebruik
(gebruik van synoniemen)
- Gebruik woorden op de juiste manier

Slide 8 - Slide

Doel en publiek


- Wees consistent in hoe je de klant aanspreekt
- Gebruik formeel taalgebruik

Slide 9 - Slide

Nu: Starttaal
Werken in 'expertgroepen'

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide


Spelling


- Hoofdletters (1)
- Aaneenschrijven (2)
- Meervoud (3)

Stijlkwesties


- Als/dan (4)
- Die/dat/dit/deze/dat/wat (5)
- Jou/jouw, mij/mijn, u/uw, me/mijn (6)

Slide 12 - Slide

Ga in je groepje aan de slag
Voor de volgende les heeft iedereen:
- Een PowerPoint met duidelijke uitleg.
- Een opdracht met minimaal vijf invulopdrachten 
(max. vijf minuten).

Slide 13 - Slide