H11 - §11.5 De transformator

Welkom in de les
Vandaag:
  • terug blik
  • lesdoelen §11.5
  • instructie §11.5
  • practicum 4
  • maken opgave uit het boek 
  • afsluiting les

 


§11.5 - Transformator
1 / 34
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Welkom in de les
Vandaag:
  • terug blik
  • lesdoelen §11.5
  • instructie §11.5
  • practicum 4
  • maken opgave uit het boek 
  • afsluiting les

 


§11.5 - Transformator

Slide 1 - Slide

Vragen §11.4

Slide 2 - Slide

Terugblik

Slide 3 - Slide

Opgave 66

Slide 4 - Slide

Hoeveel spanning levert het stopcontact?
A
230 V
B
220 V
C
320 V
D
12 V

Slide 5 - Quiz

Hoeveel Watt is 12 kW?
A
12 000 W
B
1 200 W
C
120 W
D
0,012 W

Slide 6 - Quiz

Hoe noemen we bij een windmolen de magneet en de spoel?
A
Turbine
B
Generator
C
Dynamo
D
Motor

Slide 7 - Quiz

Je leert ...
  • toepassingen van het transformeren van spanning noemen;
  • de onderdelen van een transformator benoemen;
  • berekeningen met de transformatorformule maken;
  • het verschil tussen ideale en niet-ideale transformatoren benoemen;
  • berekeningen maken met het vermogen van een transformator.

Slide 8 - Slide

Transformeren
Waarom kun je hier veilig je telefoon opladen?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Hoogspanning

Slide 11 - Slide

Transformeren

De spanning wordt omhoog of omlaag gebracht door een transformator.


De transformator maakt van normale spanning                             hoogspanning. 


(230 V wordt 380 000 V  of andersom)



Slide 12 - Slide

Verschillende trafo's
binnenkant

Slide 13 - Slide

De ideale transformator
Up = primaire spanning
Us = secundaire spanning
Np = primaire aantal windingen
Ns = secundaire aantal windingen


UsUp=NsNp
primair
secundair

Slide 14 - Slide

even oefenen!
Bereken Np als je weet:
Up= 230 V
Np= ?
Us= 23 V
Ns= 500

Slide 15 - Slide

even oefenen!
G: U= 230V,            U= 23V,            Ns = 500
G: Np
F: 

B:

A: Np = 5000 windingen
UsUp=NsNp
NP=23230500=5000
Np=UsUp  Ns

Slide 16 - Slide

even oefenen!
Bereken Us als je weet:
Up= 24 V
Np= 1000
Us= ? V
Ns= 5000

Slide 17 - Slide

even oefenen!
G: U= 24V,          N= 1000,               Ns = 5000
G: Us
F: 

B:

A: Us = 120 V
UsUp=NsNp
US=100024  5000=120
Us=NpUp  Ns

Slide 18 - Slide

De ideale transformator (rekenen)

Maar ook het vermogen is voor beide spoelen hetzelfde.





Pp=Ps
UpIp=UsIs
opgenomen
 vermogen
afgegeven vermogen

Slide 19 - Slide

even oefenen!
Bereken Ip  in milliampère als je weet:
Up= 230 V
Ip= ? A
Us= 12 V
Is= 0,75 A
Pp=Ps

Slide 20 - Slide

even oefenen!
G: U= 230V,             U= 12 V,             Is = 0,75 A
G: Ip = ? mA
F: 

B:

A: Ip = 39 mA
UpIp=UsIs
Ip=23012  0,75=0,039 A
Ip=NpUs  Ns

Slide 21 - Slide

0

Slide 22 - Video

Pak je planner!
Noteer voor de volgende les


Lezen §11.5 uit je boek
Maak alle opgaven behalve de ster- route



Slide 23 - Slide

Aan de slag!
Lezen §11.5 uit je boek

Maak alle opgaven behalve de ster- route



Zs

Slide 24 - Slide

Aan de slag!
Lezen §11.5 uit je boek


Maak alle opgaven behalve de ster- route


Zf

Slide 25 - Slide

Wat weet je al???

Slide 26 - Slide

Wat is het symbool voor vermogen
A
P
B
U
C
I
D
E

Slide 27 - Quiz

Wat is er nodig om elektrische stroom op te wekken?
A
spoel en een stroomdraad
B
warmte
C
een bewegende magneet en een spoel
D
een bewegende magneet

Slide 28 - Quiz

Waarom wordt elektrische stroom vervoerd bij een zo hoog mogelijke spanning?
A
Gewoon omdat het kan
B
Om de stroom zo snel mogelijk bij de huizen te krijgen
C
Dan ontstaat er meer elektrische energie
D
Dan is er minder energie verlies

Slide 29 - Quiz

Je kunt ...
  • spanningsbronnen onderverdelen in bronnen voor wisselspanning en voor gelijkspanning;
  • dat bij wisselspanning de richting van de stroom verandert;
  • een condensator voor opslag van energie in een schakeling herkennen;
  • de functie van condensatoren en diodes herkennen bij het omzetten van wisselspanning naar gelijkspanning.

Slide 30 - Slide

Ja, dat kan ik!
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll

Uitwerking oefening 1


timer
3:00

Slide 32 - Slide

Uitwerking oefening 1


timer
3:00

Slide 33 - Slide

Uitwerking oefening 1


timer
3:00

Slide 34 - Slide