This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Programma van de week
- Schrijfopdracht voltooid en ingeleverd?
- Woorden 5.3 vervolg
Slide 1 - Slide
Doelen 5.3 woorden?
- Ik ken de betekenis van de woorden uit deze paragraaf.
- Ik weet het verschil tussen concrete en abstracte begrippen.
- Ik weet dat er verschillende soorten intelligentie bestaan.
Slide 2 - Slide
Huiswerk/Theorie 2
- Abstracte en concrete begrippen: theorie doornemen. (blz. 203)
Slide 3 - Slide
Aan het werk: woorden 5.3
(- Mk opdracht 2 t/m 4)
- Mk opdracht 5, 6, 7 en 11 (bij b.(drie vb'en lijken me genoeg)
- Klaar: leren woorden 5.3
Slide 4 - Slide
Huiswerk: wat ga ik zelf nog herhalen/oefenen
- Opdrachten af?
- Woorden leren?
Slide 5 - Slide
Huiswerk/Theorie 3
- opdracht 5 t/m 7 + 11 een aantal vragen bespreken
- Herhalen van een aantal woorden (blz. 201)
(even inloggen bij Lesson-Up)
Slide 6 - Slide
5d. Wat betekent het morfeem re-?
Slide 7 - Open question
6a+b. Uit welke twee delen bestaat het woord 'psychologie' en wat is de betekenis waarschijnlijk?
Slide 8 - Open question
Soms herken je een bekend woorddeel in een nieuw woord en dat kan je helpen om het woord te begrijpen en onthouden. Kun je een voorbeeld geven van zo'n woord? (bijv. van blz. 201)
Slide 9 - Open question
Welk woord of welke woorden uit 'Woorden blz. 201' passen bij de zinnen? Baby's worden met een ooievaar gebracht.
A
het bakerpraatje
B
de mythe
Slide 10 - Quiz
Welk woord of welke woorden uit 'Woorden blz. 201' passen bij de zinnen? De Nederlandse praktijk is dat kinderen tot hun achttiende naar school gaan.
Slide 11 - Open question
Welk woord of welke woorden uit 'Woorden blz. 201' passen bij de zinnen? Mensen die niet werken zijn lui.
Slide 12 - Open question
Welk woord of welke woorden uit 'Woorden blz. 201' passen bij de zinnen? Jasper betaalt zijn schulden aan iedereen af.
Slide 13 - Open question
Welk woord of welke woorden uit 'Woorden blz. 201' passen bij de zinnen? Je kunt het me nog drie keer vragen, maar ik wil deze vakantie niet bij jou logeren.
Slide 14 - Open question
Welk woord of welke woorden uit 'Woorden blz. 201' passen bij de zinnen? Dat alle pubers lastig zijn, blijkt uit geen enkel onderzoek.
Slide 15 - Open question
Welk woord of welke woorden uit 'Woorden blz. 201' passen bij de zinnen? Aai de hond maar, hij doet niets.
Slide 16 - Open question
Welk onderdeel zou je volgende week het liefst op het lesprogramma zien?