VRST week 1

Voortstuwing week 1
Voortstuwingstrein
1 / 14
next
Slide 1: Slide
VoortstuwingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Voortstuwing week 1
Voortstuwingstrein

Slide 1 - Slide

Programma
  • Lesbrief en lesdoelen
  • Uitleg voortstuwings trein- directe aandrijving - asgenerator
  • Zelf aan de slag : vragen reader
  • 09:55 iedereen weer in de les, bespreken vragen
  • terugblik lesdoelen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na afloop van deze les:
- Kun je het verschil tussen een direct en een indirecte aandrijving uitleggen
- Kun je de verschillende componenten benoemen die in een directe aandrijving kunnen voorkomen
- Kun je de 2 functies van een asgenerator in een aandrijflijn uitleggen
- Ken je de belangrijkste eigenschappen van de asgenerator

Slide 3 - Slide

Welke onderdelen kun je tegenkomen tussen de motor en de schroef?

Slide 4 - Mind map

Als het scheepsontwerp gemaakt wordt, welke factoren spelen dan mee in de keuze van de voortstuwingstrein?

Slide 5 - Open question

Keuze voortstuwingstrein
  • Beschikbare ruimte MK (hoogte, afstand tot achterschip etc)
  • gebruik van het schip (veel of weinig manoeuvreren, beschikbaarheid havensleepboten)
  • Redundantie eisen
  • Veel of weinig elektrisch overig vermogen (bij veel eerder Diesel elektrische voortstuwing)

Slide 6 - Slide

Voortstuwingstrein
Alles tussen motor en schroef (of waterjet etc)
  • direct: motor is direct verbonden met de schroef : schroefas, tandwielkast, stuwblok...
  • indirect: motor en schroef zijn niet met elkaar verbonden, bijvoorbeeld diesel elektrische voortstuwing.

  • hybride: combinatie van beide

Slide 7 - Slide

Directe aandrijving
  • grote 2 slagmotoren: direct omkeerbaar -> geen tandwielkast en omkeersysteem nodig.
  • kleinere motoren : hoger toerental en vaak niet direct omkeerbaar -> tandwielkast en verstelbare schroef of keerkoppeling nodig

Slide 8 - Slide

Asgenerator
  • Hoofdmotor is efficiënter dan hulpmotor en soms draaien hulpmotoren op duurdere brandstof
  • Asgenerator kan soms ook als motor werken (nood of snelheidsverhoging)
  • frequentie net moet constant zijn (60 Hz) -> constant toerental of frequentieomvormer nodig

Slide 9 - Slide

Poolparen generator
Aantal poolparen bepaald hoe hard generator moet draaien voor de juiste frequentie

Slide 10 - Slide

PTO
Power take off (PTI = Power take in)
  • Primair: Als PTO draait hoeft de schroef niet ingeschakeld te zijn
  • Secundair: PTO draait altijd met de schroef mee

Slide 11 - Slide

Aan de slag
  1. Lees hoofstuk 1 uit de reader tm  15 (tm paragraaf 1.4)
  2. maak vragen reader 1 tm 22

09:55 iedereen weer in de les

Slide 12 - Slide

Vragen bespreken

Slide 13 - Slide

Lesdoelen
Na afloop van deze les:
- Kun je het verschil tussen een direct en een indirecte aandrijving uitleggen
- Kun je de verschillende componenten benoemen die in een directe aandrijving kunnen voorkomen
- Kun je de 2 functies van een asgenerator in een aandrijflijn uitleggen
- Ken je de belangrijkste eigenschappen van de asgenerator

Slide 14 - Slide