Martelen in de Middeleeuwen!

1 / 32
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat weet je al van martelen?

Slide 2 - Mind map

Leerdoelen
1: je kunt 4/5 marteltechnieken uit de middeleeuwen opnoemen
++: je kunt uitleggen hoe we de middeleeuwse marteltechnieken terugzien in onze taal

Slide 3 - Slide

Stelling: martelen is in de middeleeuwen bedacht
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Zet de Tien Tijdvakken in de juiste volgorde.

Slide 6 - Drag question

Slide 7 - Video

Wat zou je aan de beul willen vragen?
Wat zou je absoluut niet tegen de beul zeggen?

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Wat betekent: 'iemand de duimschroeven aandraaien'?

Slide 11 - Open question

De pijnbank!

Slide 12 - Slide

Wat betekent: 'iemand op de pijnbank leggen'?

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

De judaswieg en de judasstoel

Slide 18 - Slide

Het radbraken en stoomwiel

Slide 19 - Slide

Wat betekent: 'ik voel mij geradbraakt'?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Wordt er eigenlijk nog steeds gemarteld?
Ja
Nee

Slide 25 - Poll

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Een gruwelijk goede opdracht!
Klik op de hotspots en sleep de straffen en gezegden naar de juiste plek in de afbeelding.
Hand afhakken
Geselen (met een roede)

Ogen uitsteken
In het water gooien
Ophangen
Op de brandstapel
Onthoofden
Radbraken
Oor afsnijden

Iemand open snijden
"Iemand de ogen uitsteken."
"Hij voelt zich geradbraakt."
"Ik maak hem een kopje kleiner."
" Zij werd op de pijnbank gelegd."
"Ze legden hem het vuur aan de schenen."
"Dat doet hem de das om."

Slide 30 - Drag question

Noem 4/5 marteltechnieken

Slide 31 - Open question

Hoe zien we de marteltechnieken terug in de taal?

Slide 32 - Open question