This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Hoofdstuk 4: Sport
Slide 1 - Slide
Leerdoelen bassistof 8
Je moet van enkele sportblessures kunnen beschrijven wat er aan de hand is.
Slide 2 - Slide
Heb je weleens een sportblessure gehad? (zo ja, bij welke sport)
Slide 3 - Mind map
LESS
Spierpijn
Heb je soms na het sporten. het kan verschillende oorzaken hebben:
Als je iets doet wat je niet gewend bent.
Als spieren beschadigd raken
Als de spieren opeens sterk afkoelen.
Slide 4 - Slide
LESS
Spierscheur
Scheur
Stekende pijn
Voorbeeld hiervan is:
zweepslag, beschadiging van de kuitspier.
Slide 5 - Slide
LESS
Botbreuk
Met een botbreuk moet je naar het ziekenhuis.
Slide 6 - Slide
Opdracht 31.
Sharon heeft tijdens het skien haar scheenbeen gebroken en moet naar het ziekenhuis. hierna staat wat er in het ziekenhuis is gebeurt. zet ze op volgorden.
1
2
3
Sharon krijgt gipsverband om haar been.
De arts zet de scheenbeen op goede stand.
De arts laat een rontgenfoto maken.
Slide 7 - Drag question
Kneuzing:
meestal door stoot, stomp of trap
plek wordt dik en soms blauw door vocht. Dit tegengaan door koelen.
Verzwikking:
kneuzing van gewricht
blauwe plek + dik
enkel
Ontwrichting:
bv. door verkeerd vallen
kogel uit de kom
gaat soms vanzelf weer terug of dit wordt gedaan door de arts
Slide 8 - Slide
Opdracht 32.
Wat hoort bij elkaar? Sleep ze naar elkaar toe
de arm is uit de kom
door een stomp heb ik een blauwe plek
het gewrichtskapsel en de kapselbanden zijn beschadigd