Politieke partijen les 2

Nieuwe link van de studentenportal
https://hi.roc-nijmegen.nl/weten-en-regelen/onderwerpen/communicatie/het-intranet-en-het-studentenportal/het-studentenportal
1 / 20
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerPraktijkonderwijsLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nieuwe link van de studentenportal
https://hi.roc-nijmegen.nl/weten-en-regelen/onderwerpen/communicatie/het-intranet-en-het-studentenportal/het-studentenportal

Slide 1 - Slide

Burgerschap Blok 2

Slide 2 - Slide

We bespreken nog even de opdrachten van de vorige les

blz. 94 opdracht 1 t/m 7 
Nu maken opdracht 8 t/m 15

Slide 3 - Slide

v
Verkiezingen
politieke partijen

Slide 4 - Slide

terugblik:
1. Wat betekent democratie?
2. Noem twee dingen die burgers in een democratie mogen doen.
3. Wat is het tegenovergestelde van democratie?
4. Wat is de Staten -Generaal?
5. Vanaf welke leeftijd mag je stemmen?


timer
1:00

Slide 5 - Slide

Wat bespreken we deze les:
- Waarom er verschillende politieke partijen zijn
- Verschillende standpunten van een pp
-  Wat het woord Coalitie betekent 
- Voeren we een groepsopdracht uit


Betekenis woord standpunt = mening, een opvatting.

Slide 6 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les:
  1. Begrijp je waarom er verschillende partijen zijn.
  2. Weet je wat een coalitie is.

Slide 7 - Slide

overleg
Waarom hebben we verkiezingen in Nederland?

Slide 8 - Slide

overleg
Waarom hebben we verkiezingen in Nederland?
Omdat Nederland een democratie is.
Dat betekent dat burgers inspraak hebben. (Het volk regeert)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

TWEEDE KAMER
Verkiezingen voor de tweede kamer zijn er elke 4 jaar.
We stemmen dan op een partij van onze voorkeur.
Op dit moment zijn er 20 partijen in de Tweede Kamer.
Bij de verkiezingen doen er meestal meer partijen mee maar niet iedere partij krijgt voldoende stemmen om in de Tweede Kamer te komen.

Slide 11 - Slide

Coalitie
De partij die na de verkiezingen de meeste stemmen heeft, mag als eerste de partijen uitkiezen met wie zij wil en kan samenwerken. Samen vormen zij een coalitie. Een coalitie bestaat uit een meerderheid van de 150 Kamerleden (76 zetels of meer). Is de coalitie gevormd, dan stellen zij een kabinet samen. Een kabinet bestaat uit de minister-president en ministers met verschillende taken. Zij nemen beslissingen over Nederland.
De grootste partij levert ook de minister-president aan (ook wel premier genoemd)
Hij is de voorzitter en het ‘gezicht’ van alle ministers. Hij is niet belangrijker dan de rest, maar vertegenwoordigt het gehele kabinet vaak bij belangrijke gebeurtenissen. Hij heeft een sturende rol; een soort kapitein van het (minster)schip.

Slide 12 - Slide

Individuele opdracht

kies een politieke partij
zoek op internet naar wat de PP zegt over het MBO
schrijf in steekwoorden op wat zij belangrijk vinden.

voorbeeld: VVD, D66, Groenlinks, SP.

timer
5:00
Hoe ga je te werk? Zoekwoorden?

Slide 13 - Slide

VVD

Slide 14 - Slide

D66

Slide 15 - Slide

Groen Links

Slide 16 - Slide

Groepsopdracht
Maak 4 groepen.
Je richt samen een partij op.
Verzin een goede naam.
Overleg wat deze partij belangrijk vindt en verzin 5 standpunten met elkaar. En zoek hierbij naar afbeeldingen die hierbij passen
Werk dit  in Word  uit  en maak op A4 een poster van  jullie partij!
Je krijgt 20 minuten voor deze opdracht.

Slide 17 - Slide

conclusie
Politieke partijen vinden verschillende normen en waarden belangrijk. Daarom hebben ze andere standpunten. 
Elke burger heeft andere belangen, denk aan: onderwijs, werk, woningen, etc. 
Samenwerking tussen politieke partijen uit de tweede Kamer noemt men coalitie.

Slide 18 - Slide

Evaluatie groepsopdracht

Opdracht gelukt? 
Hoe komt dat wel/niet?
Lesdoelen?
- waarom zijn er verschillende politieke partijen ?
-Wat wordt er verstaan onder een coalitie ?

Slide 19 - Slide

EINDE             LES

Slide 20 - Slide