3.3 Kredietkosten

1 / 11
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Kredietkosten
Als je geld leent bij een bank of andere kredietinstelling moet je meer terugbetalen dan je hebt geleend. Het verschil tussen het totaal terugbetaalde bedrag en het geleende bedrag noem je kredietkosten.

De lening betaal je meestal in maandelijkse termijnbedragen terug. 
Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - leenbedrag

Slide 2 - Slide

Kredietkosten
Je leent € 7.000 en betaalt dit terug in 36 maandtermijnen van €235. Bereken de kredietkosten.

Je betaalt in totaal 
De lening was
De kredietkosten zijn
Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - leenbedrag

Slide 3 - Slide

Kredietkosten
Je leent € 7.000 en betaalt dit terug in 36 maandtermijnen van €235. Bereken de kredietkosten.

Je betaalt in totaal           36 x € 235 =    € 8.460
De lening was
De kredietkosten zijn
Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - leenbedrag

Slide 4 - Slide

Kredietkosten
Je leent € 7.000 en betaalt dit terug in 36 maandtermijnen van €235. Bereken de kredietkosten.

Je betaalt in totaal           36 x € 235 =    € 8.460
De lening was                                              € 7.000
De kredietkosten zijn
Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - leenbedrag

Slide 5 - Slide

Kredietkosten
Je leent € 7.000 en betaalt dit terug in 36 maandtermijnen van €235. Bereken de kredietkosten.

Je betaalt in totaal           36 x € 235 =    € 8.460
De lening was                                              € 7.000  -
De kredietkosten zijn                                 € 1.460
Kredietkosten = termijnbedrag x aantal termijnen - leenbedrag

Slide 6 - Slide

Alles wat je meer terugbetaalt dan dat je hebt geleend, is de aflossing
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Je leent € 3.000 en moet deze lening terugbetalen in 36 maandtermijnen van € 95.

Hoeveel moet je in totaal terugbetalen?

Slide 8 - Open question

Je leent € 3.000 en moet deze lening terugbetalen in 36 maandtermijnen van € 95.

Bereken de kredietkosten

Slide 9 - Open question

Frederike wilt een auto kopen. De auto kost € 10.000, ze heeft zelf al € 2.500 gespaard. Het overige bedrag leent ze. De lening heeft een loopt tijd van 24 maanden en Frederike betaalt maandelijks €325.

Bereken de kredietkosten

Slide 10 - Open question

Frederike wilt een auto kopen. De auto kost € 10.000, ze heeft zelf al € 2.500 gespaard. Het overige bedrag leent ze. De lening heeft een loopt tijd van 24 maanden en Frederike betaalt maandelijks €325.

Bereken hoeveel de kredietkosten zijn in % van het geleende bedrag

Slide 11 - Open question