Starttaal deel b Hfst 3 Luisteren

Welkom

Les Nederlands
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom

Les Nederlands

Slide 1 - Slide

Wie zijn er?

Hoe is het?
Wat moeten we weten?

Slide 2 - Slide

Vorige keren

Thema Vervoer
Woordenschat, lezen en luisteren

Slide 3 - Slide

Woordenschat

Abonnement, conducteur, dienstregeling, openbaar vervoer, reisplanner, spits, verkeer, vertraging, vervoer en vervoersbewijs

Slide 4 - Slide

Bert rijdt tijdens de ..... naar het station. Dan is het erg druk op de weg.

Welk woord hoort op de puntjes?
A
Dienstregeling
B
Spits
C
Vervoer
D
Reisplanner

Slide 5 - Quiz

Om 8:05 uur is de trein er nog niet. John denkt dat de trein .......... heeft

Welk woord hoort op de puntjes?
A
Verkeer
B
Spits
C
Vervoer
D
Vertraging

Slide 6 - Quiz

In welke van de twee onderstaande zinnen wordt het woord 'verkeer' juist gebruikt?
A
Doordat de brug open was, stond het verkeer meer dan een uur vast
B
Doordat de brug open was, stonden er veel auto's op het verkeer

Slide 7 - Quiz

Letterlijk & figuurlijk
Figuurlijk kan worden gebruikt bij een vergelijking

Die agent is een boom van een vent
Hij fietst zo snel als een Porsche

Slide 8 - Slide

De boot is zo ...... als een mandje

Welk woord hoort op de puntjes?
A
Rood
B
Traag
C
Lek
D
Snel

Slide 9 - Quiz

Door de file rijdt de bus zo ........ als een slak


Welk woord hoort op de puntjes?
A
Rood
B
Traag
C
Lek
D
Snel

Slide 10 - Quiz

Lezen
Doel van een tekst


Amuseren, instrueren, informeren en activeren

Slide 11 - Slide