Weer en klimaat - 5 Weerelementen

                    Welkom! 
  • Je komt voorbereid in de les. Je hebt je huiswerk af en   je hebt alle spullen voor het vak mee.  ​
  • Vooraf aan de les, leg je alle spullen die je nodig hebt,     op je bureau.
  • Je legt je tas op of onder het rek in het lokaal. 
  • Je bent respectvol naar klasgenoten en docenten, je   helpt waar mogelijk en beledigd niemand. 
  • Je werkt gefocust, je maakt aantekeningen en je zorgt   dat je je lesdoelen behaald. ​



Welkom! 
1 / 18
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 18 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

                    Welkom! 
  • Je komt voorbereid in de les. Je hebt je huiswerk af en   je hebt alle spullen voor het vak mee.  ​
  • Vooraf aan de les, leg je alle spullen die je nodig hebt,     op je bureau.
  • Je legt je tas op of onder het rek in het lokaal. 
  • Je bent respectvol naar klasgenoten en docenten, je   helpt waar mogelijk en beledigd niemand. 
  • Je werkt gefocust, je maakt aantekeningen en je zorgt   dat je je lesdoelen behaald. ​



Welkom! 

Slide 1 - Slide

Weekplenda
 Week    36
 Week      37
Week 38
Week 39
Week 40
Week 41
Week 42
  H1 §1
  H1 §2
  H1 §3
 
  H1 §4
  H1 §5
 (H1 §6)


H2 §1
H2 §2
H2 §3


H2 §4
H2 §5
 

H3 §1
 H3 §2
 H3 §3
H3 §4
H3 §5



reis
week 
 Week       43
  Week       44
  Week       45
     C1
     C2
     C3

 herfst
 vakan      tie


  toets
  week

Slide 2 - Slide

Weer en klimaat - 5 weerelementen

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je:

  • de 5 weerelementen herkennen en beschrijven

Slide 4 - Slide

Meteorologen
Het KNMI = Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut in De Bilt, maken weersverwachtingen.

 - meetstations
 - weerballonnen
 - computers
 - satellieten

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Het weer, altijd anders
Het weer is de toestand van de dampkring, op een moment, op een plaats.
 
In een weerbericht komen alle weerelementen aan de orde:
 - temperatuur
 - neerslag
 - wind
 - bewolkingsgraad 
 - luchtdruk

Slide 7 - Slide

Het weerelement: temperatuur (1.2)
De temperatuur wordt gemeten:
  • met een thermometer
  • 1,5 meter boven de grond
  • in graden Celsius (C)
  • op kaarten heten het                                                                                           isothermen, plaatsen met                                                                                                     gelijke temperaturen

Slide 8 - Slide

Het weerelement: neerslag (1.4)
Neerslag ontstaat als waterdamp afkoelt. Damp worden druppels  
condenseren. Neerslag kan vloeibaar, gasvormig en in vaste vorm zijn. 

Een regenmeter laat zien hoeveel mm regen er is gevallen.



Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

waterkringloop
bevriezen
smelten
verdampen
condenseren
(1.4)
afstromen
infiltreren

Slide 11 - Slide

Het weerelement: wind + luchtdruk (1.3)
Wind is bewegende lucht.
Het stroomt van gebieden met veel lucht hogeluchtdruk naar gebieden met weinig lucht lageluchtdruk.
Hoe groter het verschil hoe harder het waait.
Windkracht wordt aangeduid op de Schaal van Beaufort 0-12 bft.
De windsnelheid wordt uitgedrukt in m/s.
De windrichting is de richting van waaruit de wind waait, dit staat in een windroos.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Het weerelement: bewolkingsgraad (1.1)
De bewolkingsgraad geeft aan hoe
wolken de hemel bedekken.

Onbewolkt = 0% en helemaal bewolkt = 100%

Wolken houden deels uv-straling tegen. Dit is een schadelijke straling in zonlicht, waar je huid van kan verbranden. 

Zonkracht wordt in weerberichten genoemd, zodat mensen zich kunnen voorbereiden.

Slide 15 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je:

  • de 5 weerelementen herkennen en beschrijven

Slide 16 - Slide

Woordenboek
Controleer onderstaande begrippen in je aantekeningenschrift!
LessonUp
Learnbeat
weer
luchtdruk
temperatuur
thermometer
graden Celsius
neerslag
waterdamp
condenseren
waterkringloop
bevriezen
smelten
verdampen
condenseren



afstromen
infiltreren
wind
hoge luchtdruk
lage luchtdruk
windkracht
Schaal van Beaufort
windsnelheid
windrichting
windroos
barometer
bewolkingsgraad
uv-straling
zonkracht
isothermen

Slide 17 - Slide

Aan de slag!
Paragraaf 1.1 vraag 3
Paragraaf 1.3 vraag 1, 2 en 3
Paragraaf 1.4 vraag 6

Klaar?

  • leer de 28 blauwe begrippen






   



Werk in tweetallen + overleg zachtjes met elkaar!

Slide 18 - Slide