Paragraaf 5 De winkel en het milieu

biologische producten
Biologische producten
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

biologische producten
Biologische producten

Slide 1 - Slide

Wat weet je al over
biologische producten?
Vul in

Slide 2 - Mind map

Niet alle consumenten kopen biologische producten. Waarom niet?
A
Biologische producten zijn niet zo lekker.
B
Biologische producten zijn moeilijk te krijgen.
C
Biologische producten zijn duurder.

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Video

Een biologische teler zal een hoge / lage prijs moeten vragen om de kosten te dekken
A
hoge prijs
B
lage prijs

Slide 5 - Quiz

Welke telers produceren milieuvriendelijk?
A
Biologische fruittelers
B
Gangbare fruittelers

Slide 6 - Quiz

Biologische producten
Biologische producten zijn milieuvriendelijk geproduceerd.
Je kunt ze herkennen aan EKO keurmerk.
Ze zijn duurder, omdat er minder gebruik wordt gemaakt van machines.
Er wordt geen kunstmest gebruikt.

Slide 7 - Slide

Wat is Recycling

Slide 8 - Mind map

Slide 9 - Slide

Wat is recycling?
Recycling is het opnieuw gebruiken van materialen. Recycling is iets anders dan hergebruik, waarbij een product (of delen daarvan) opnieuw wordt gebruikt zonder het daarbij in grondstoffen te scheiden.

Slide 10 - Slide

De klant moet een bedrag betalen voor de verpakking. Hoe heet dit bedrag?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Assortiment
Alle verschillende producten die een winkelier  verkoopt !

Slide 13 - Slide

De keuze voor het assortiment is onderdeel van de marketingmix. Welk onderdeel?
A
Plaatsbeleid
B
Prijsbeleid
C
Productbeleid
D
Promotiebeleid

Slide 14 - Quiz

Huiswerk:

We gaan aan de slag:
Hoofdstuk 3, paragraaf 5.
Online opdracht 1 t/m 21.

In het boek blz. 72, 73 en 74.

Slide 15 - Slide

Extra kader
Paragraaf 4 en 5

Slide 16 - Slide

Arbeidsproductiviteit
Wat een persoon kan produceren in een bepaalde tijd

Formule voor arbeidsproductiviteit

Productie : gewerkte tijd = arbeidsproductiviteit

Slide 17 - Slide

Vraag
Hoe kan de arbeidsproductiviteit toenemen?

Slide 18 - Slide

Arbeidsproductiviteit
De arbeidsproductiviteit kan toenemen door:
  • Technologische ontwikkelingen
  • Arbeidsverdeling (specialisatie)
  • Scholing
  • Prestatiebeloning
Arbeidsproductiviteit = 
totale productie in een periode / het aantal werknemers

Slide 19 - Slide

Arbeidsproductiviteit
Hoe productief ben je ? De hoeveelheid producten die iemand kan maken in een bepaalde tijd. Je mag daarbij geholpen worden door machines.

Hoeveel auto's maakt iemand als ...

Met de hand -> arbeidsproductiviteit is 1 auto per week.
Mechanisatie -> arbeidsproductiviteit is 10 auto's per week.
Automatisering -> arbeidsproductiviteit is 50 auto's per week.



Slide 20 - Slide

Samengevat Arbeidsproductiviteit

  • is de hoeveelheid producten die een werknemer in een bepaalde tijd kan maken.
  • door mechanisatie en automatisering kan arbeidsproductiviteit stijgen.
  • hoe hoger de arbeidsproductiviteit, hoe lager de kostprijs per product.

Slide 21 - Slide

Huiswerk:

We gaan aan de slag:
Hoofdstuk 3, paragraaf 4.
Online opdrachten.

Hoofdstuk 3, paragraaf 5 en 6
online opdrachten

Slide 22 - Slide

Gericht leren
- Bedrijfskolom, in welke bedrijfstak gebeurt wat?
- Arbeidsproductiviteit (AP), wat is het, welke formule gebruik je hiervoor en waardoor verbetert/ verslechterd de AP?
- Toegevoegde waarde
- Verschil biologisch/ niet biologisch
- Procentuele veranderingen (formule: (nieuw-oud/ oud) x 100%

Slide 23 - Slide