H4.1 les 1 verbranding

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

H4.1 verbranding

VWO 3 les 1

Pak erbij:

- laptop (dicht)

- schrift

- boek

- pen

Na deze les...

• weet je wat verbranding is
• kan je met de drie voorwaarden voor verbranding uitleggen hoe je een brand kunt blussen
• kan je een reactievergelijking opstellen van verbrandingsreacties

Lesplanning:

1. LessonUp voorkennischeck
2. Uitleg verbranding
3. Opdracht verbranding
4. Eigen werk

Bij welke winterse activiteiten vinden chemische reacties plaats?

1. Kerstbal in scherven gevallen
2. Oliebollen bakken
3. Vijver laten bevriezen om te schaatsen
4. Een sterretje afsteken

Welke activiteit is een voorbeeld van faseverandering?

1. Kerstbal in scherven gevallen
2. Oliebollen bakken
3. Vijver laten bevriezen om te schaatsen
4. Een sterretje afsteken

Welke chemische reactie vindt plaats als je een sterretje afsteekt?

1. Ontleding
2. Verbranding
3. Fase-verandering
4. Scheiding

Verbranding

Verbranding is scheikundig gezien een chemische reactie met zuurstof

3 voorwaarden voor verbranding:

1. Er moet een brandbare stof zijn

2. Er moet voldoende zuurstof zijn

3. De ontbrandingstemperatuur 

   moet bereikt zijn.

Brand blussen --> ten minste één voorwaarde weghalen

Brand in je frituurpan moet je dus afdekken met een deksel. Welke voorwaarde neem je dan weg?

1. brandbare stof
2. zuurstof
3. ontbrandingstemperatuur

Als je de nooddouche gebruikt in het lokaal, welke voorwaarde neem je dan weg?

1. brandbare stof
2. zuurstof
3. ontbrandingstemperatuur

Is dit een verbrandingsreactie?

1. Ja
2. Nee

Welke voorwaarde voor verbranding is er te weinig of mist er bij deze reactie?

1. brandbare stof
2. zuurstof
3. ontbrandingstemperatuur

Reactievergelijkingen

Verbranding is scheikundig gezien een chemische reactie met zuurstof

• Wat betekent dit voor de reactievergelijking?
• Altijd zuurstof (O2) voor de pijl

Reactievergelijkingen

• Daarnaast ontstaan bij verbranding oxiden
• Dit zijn de verschillende atoomsoorten van de brandstof gecombineerd met zuurstof

• Bijvoorbeeld de verbranding van methaan:
• CH4 (g) + 2 O2 (g) --> CO2 (g) + 2 H2O (l)
• Hierbij zijn uit CH4 de oxiden CO2 en H2O ontstaan

Oxiden

Deze oxiden moet je uit je hoofd kennen:

Atoomsoort	Oxide
C	CO 2 of CO
H	H 2 O
S	SO 2

Hoe weet je of er CO of CO2 ontstaat?

• Is er veel zuurstof aanwezig?
• Dan noemen wij het een volledige verbranding
• De oxide die dan ontstaat is CO2

• Is er weinig zuurstof aanwezig?
• Dan noemen we het een onvolledige verbranding
• Er ontstaat CO 

Voorbeeld

Geef de reactievergelijking van de volledige verbranding van de vaste stof koolstofdisulfide (CS2)

1. Welke stoffen reageren?

CS2 (s) + O2 (g)

2. Welke stoffen ontstaan?

CO2 (g) en SO2 (g)

Nu jullie:

Geef de reactievergelijking van de volledige verbranding van  waterstofsulfide (H2S)

Klaar? Maak opdracht 10 (blz. 103)

Nu...

• weet je wat verbranding is
• kan je met de drie voorwaarden voor verbranding uitleggen hoe je een brand kunt blussen
• kan je een reactievergelijking opstellen van een verbrandingsreactie

Eigen werk

Lees H4.1 goed door, het stukje over het aantonen van reactieproducten mag je overslaan

Maak van H4.1 opdracht 2, 3, 7 & 10