Les 1 v5a

 V5A
Nederlands
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with text slides.

Items in this lesson

 V5A
Nederlands

Slide 1 - Slide

Planning

1. tafels in groepjes zetten
werken aan artikelen/tijdschrift
2. tafels terugzetten

Slide 2 - Slide

Inhoud
Naast de vier grote artikelen (de uiteenzetting, het betoog, de beschouwing en een creatieve opdracht) moet je ook nog op de volgende inhoudelijke aspecten letten:

Publiek
Doelgroep:  leeftijdsgenoten. Het is dus de bedoeling dat je schrijfstijl correct is, maar wel aantrekkelijk voor een jong publiek. Dit geldt ook voor de inhoud van de artikelen. Probeer de inhoud van de teksten zo interessant mogelijk te maken voor leeftijdsgenoten.

Slide 3 - Slide

Inhoud
Titel tijdschrift en knallende voorpagina
Zorg voor een interessante titel en een mooie voorpagina voor je tijdschrift of krant. Jullie blad moet natuurlijk wel de aandacht kunnen trekken in een overvol tijdschriftenrek!

Slide 4 - Slide

Editorial
Hoe laat je je publiek je tijdschrift lezen?

Op een van de eerste pagina's van een tijdschrift staat vaak een editorial: een persoonlijk bericht van de hoofdredacteur aan de lezers. Kijk maar eens in een tijdschrift als Linda, VI etc. In deze editorial vertelt de hoofdredacteur meestal iets over de inhoud van het tijdschrift en schroomt niet om zijn mening te geven. Met de editorial wordt duidelijk gemaakt waarom het thema van het blad de moeite waard is. Hierdoor heeft een editorial ook wel vaak iets weg van een ingezonden brief of een column. Er wordt soms ook wel een persoonlijke anekdote in beschreven die een link heeft met het thema. Vaak staat er bij de editorial ook de naam, een handtekening en een foto van de hoofdredacteur.

Slide 5 - Slide

Editorial
Jullie zijn dus vrij om te bedenken hoe je de editorial gaat aanpakken. Hierbij een aantal tips:
1. Een editorial moet aansluiten bij het thema van het tijdschrift. Zo’n thema varieert namelijk per uitgave.
2. Maak een link tussen het onderwerp van het tijdschrift en de belevingswereld van jullie jonge lezers. Bedenk wat zij aan dit tijdschrift hebben.
3. Wees creatief met taal.
4. Gebruik humor die de lezers aanspreekt (lastig – smaken verschillen)
5. Wees persoonlijk, laat zien wie jullie zijn.
6. Lees een paar editorials van tijdschriften die je thuis hebt liggen, zo ga je een beetje aanvoelen hoe zo’n tekst in elkaar steekt / werkt.

Slide 6 - Slide

Inhoudsopgave

Met een inhoudsopgave laat je de lezer makkelijk zoeken naar artikelen in je tijdschrift. Met die inhoudsopgave kun je je artikelen ook weer aanprijzen. Dit kun je doen door er plaatjes bij te plakken of door er interessante stukjes tekst uit het artikel bij te plaatsen. Uiteraard vermeldt de inhoudsopgave op welke pagina de artikelen, voorzien van titels, te vinden zijn.
In het colofon geef je aan op welke manier het tijdschrift tot stand is gekomen.

Slide 7 - Slide

Colofon
 In het colofon vermeld je ten minste:
- redacteuren (wie hebben de verschillende artikelen geschreven?)
- beeldredactie (wie hebben de foto's/illustraties gemaakt?)
- maand en jaar van uitgave, hoe vaak verschijnt het tijdschrift (wekelijks, maandelijks etc.)?
- aantal oplagen
- prijs
- contactadres van de redactie

Slide 8 - Slide

Algemeen
Laat geen stukken open op een pagina. In een echt tijdschrift is iedere plek gevuld. 

Er wordt verwacht dat je minstens twee extra’s toevoegt aan je tijdschrift. 

Dit kunnen puzzeltjes of een quiz zijn of als je heel creatief ben een cartoon of iets anders leuks dat jullie zelf bedenken. 

Slide 9 - Slide

Algemeen
Trek tijdig aan de bel bij problemen; de redactievergaderingen zijn bedoeld om elkaar te corrigeren en in te schatten of de planning klopt. Jullie krijgen allemaal hetzelfde cijfer m.a.w. iedereen is medeverantwoordelijk. Ook de redactieverslagen worden in de beoordeling opgenomen. Denk erom dat de taal van ieder artikel en verslag zorgvuldig door meerdere groepsleden wordt gecorrigeerd.

Slide 10 - Slide

Agenda redactievergadering 1
Aanwijzen voorzitter en notulist per vergadering.
In totaal vinden er vier redactievergaderingen plaats. Maak een indeling voor deze vier vergaderingen. Iedereen moet minimaal een keer voorzitten en een keer notuleren.
Voer stap 1 t/m 5 van het stappenplan uit.
Verdelen taken en artikel.
Neem in de notulen op wie welk artikel gaat schrijven. Stem goed op elkaar af.











Slide 11 - Slide

Agenda redactievergadering 1
Rondvraag
Hebben jullie nog vragen aan elkaar of vragen aan de docent? Neem de vragen en de antwoorden op in de notulen. Vermeld ook wie de vraag stelt en wie het antwoord geeft.
Actiepunten
Je stelt vast wie wat gaat doen voor de volgende vergadering. Iedereen gaat met stap 6 uit het stappenplan aan de slag, namelijk het schrijven van de artikelen!
Afsluiting
De notulist moet de notulen binnen twee schooldagen e-mailen naar alle groepsleden. De voorzitter zorgt ervoor dat er aan het begin van de volgende vergadering voor elke leerling een kopie van de notulen is.












Slide 12 - Slide

Stap 3 t/m 5
1. Kies je vier groepsleden (bij oneven aantallen overleggen met je docent – groep van 5 is bij uitzondering mogelijk door het aantal opdrachten te vergroten.)
2. Kies je onderwerp en kies daarnaast een algemene naam voor het tijdschrift. Thema en tijdschriftnaam mogen niet hetzelfde zijn. (Tijdschriften hebben vaak iedere maand/ ieder kwartaal een nieuw thema, maar de naam blijft hetzelfde.)
3. Zoek de deelonderwerpen per leerling uit.
4. Bepaal de tekstsoort en het tekstdoel: uiteenzetting, beschouwing, betoog en creatieve opdracht.
Iedere tekstsoort moet in het tijdschrift voorkomen.
5. Stem de verschillende deelonderwerpen goed op elkaar af.
6. Voorbereiding stap 6 -> informatie zoeken









Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Periode 1
Het maken van een tijdschrift in groepjes
Spelling en formuleren (geen aparte toets)

Deadline tijdschrift: 18 november

Slide 16 - Slide

Opdracht: tijdschrift
In groepjes van vier leerlingen gaan jullie een tijdschrift maken. Jullie zijn allemaal redacteuren van het tijdschrift. Dit betekent dat jullie zelf artikelen schrijven, creatieve bijdragen leveren én met elkaar overleggen over de inhoud van het tijdschrift. Er is een lijst met onderwerpen waaruit gekozen moet worden. De onderwerpen hebben allemaal met taalbeschouwing te maken.
Let op: ieder onderwerp mag maar een keer voorkomen. De onderwerpen staan op de classroom.

Slide 17 - Slide

Opdracht: tijdschrift
Er komen verschillende bijdragen in jullie tijdschrift. Iedereen schrijft één artikel dat te maken heeft met het gekozen onderwerp en een andere opdracht in het kader van het tijdschrift. 
Bepaal de tekstsoort en het tekstdoel: uiteenzetting, beschouwing, betoog en creatieve opdracht.
Iedere tekstsoort moet in het tijdschrift voorkomen. 

Slide 18 - Slide

Schrijfonderwerpen tijdschrift vwo 5

Op de Classroom treffen jullie de onderwerpen, omschrijvingen, tips en achtergrondinformatie voor het tijdschrift aan. Soms staan er ook bronnen aangegeven. Ieder onderwerp kan maar één keer worden gekozen. Sommige onderwerpen zijn heel breed en zouden uitstekend als profielwerkstukonderwerp gekozen kunnen worden. Kijk voor het tijdschrift goed naar de afbakening, omdat er minder tijd beschikbaar is dan voor een pws. Je hoeft dus niet alle tips, bronnen en onderzoeksvragen te gebruiken. Ze zijn bedoeld om jullie eigen denkproces op gang te brengen.

Slide 19 - Slide

Onderwerpen
1. De ontwikkeling van kinder- en jeugdliteratuur
2. Ambiguïteit (dubbelzinnigheid) in taal
3. Leeslijst in het voortgezet onderwijs
4. Dyslexie
5. Flirten van de Middeleeuwen tot nu.






























6. Dialecten en talen
7. Poëzie is cool
8. Taalverandering
9. Sprookjes en volksverhalen
10. Kindertaal en taalontwikkeling
11. Literatuur en film
12. Creativiteit in Nederhop

Slide 20 - Slide

Eerste overleg
Brainstormsessie over het onderwerp

Taakverdeling

Een iemand noteert de afspraken in een googledoc. Deel dit document ook met hooh@stanislascollege.net 

Donderdag: 1e redactievergadering

Slide 21 - Slide

Spelling en formuleren
https://www.thebestsocial.media/nl/deze-20-taalmissers-komen-in-aanmerking-voor-de-allergrappigste-taalvout/

Slide 22 - Slide

Aan de slag

Werkwoordspelling opdr. 2 t/m 6, 10 en 11 blz. 217 t/m 219


Slide 23 - Slide

Maandag
Opdr. 2 t/m 6, 10 en 11 af!
Neem Nieuw Nederlands mee!

Slide 24 - Slide