2324 6.4 Isoleren les 1 3K

6.4 Isoleren
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

6.4 Isoleren

Slide 1 - Slide

Van te voren:
Demo spullen pakken

Klaar zetten:
Magister
Zwarte boekje
Lesson-Up
Demo stroming, straling en geleiding

Boodschap bij de deur:
Ga rustig zitten, pak je chromebook en leg deze DICHT op tafel.

Wat gaan we doen vandaag?

  • Voorkennis en leerdoelen                    20 min
  • Uitleg 6.4 Isoleren                              10 min
  • Opdr. 1 t/m 6 van 6.4                            10 min
  • Afsluiten                                                        5 min

Slide 2 - Slide

Uitleggen wat we gaan doen en hoe lang dit duurt. Aangeven dat de uitleg zo kort mogelijk is, zodat leerlingen opdrachten tijdens de les kunnen maken.
Voorkennis
Stroming
Geleiding
Straling

Slide 3 - Slide

Demo warmtetransport
Leerdoelen
  • Je kunt drie manieren beschrijven waarop een huis warmte verliest aan de omgeving.
  • Je kunt uitleggen hoe het komt dat een goed geïsoleerd huis minder energie verbruikt.
  • Je kunt vier manieren beschrijven om een woonhuis te isoleren tegen warmteverlies.
  • Je kunt van elke manier van isoleren uitleggen hoe die het warmteverlies tegengaat.
  • Je kunt uitrekenen hoeveel de bewoners door isolatie kunnen besparen in m3 aardgas en in euro’s.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

6.4 Isoleren
Warmteverlies wordt veroorzaakt door:
• geleiding
• stroming
• straling

Slide 5 - Slide

Als je de verwarming in een kamer aanzet, zal de temperatuur eerst stijgen. Maar na verloop van tijd verandert de temperatuur niet meer, ook al werkt de verwarming nog wel. Dat komt doordat er dan evenveel warmte door de wanden, de ramen, de vloer en het plafond naar buiten verdwijnt als de verwarming produceert.

Een deel van de warmte verdwijnt door ventilatie. De warme lucht in huis wordt daarbij vervangen door koude lucht van buiten. Er verdwijnt ook veel warmte naar buiten door de muren, de ramen, de vloer en het dak 

Warmteverlies wordt veroorzaakt door:
• geleiding: de warmte beweegt door muren en ruiten naar buiten;
• stroming: stromende lucht neemt warmte mee naar buiten;
• straling: ‘warme’ muren en ruiten stralen warmte uit.


6.4 Isoleren


Isoleren = warmteverlies tegen gaan

Slide 6 - Slide

Je kunt het warmteverlies tegengaan door het huis te isoleren. 

Plaatje uitleggen.
6.4 Isoleren
Warmteverlies in huis tegengaan:
  • Muren isoleren
  • Dubbelglas
  • Spouwmuurisolatie
  • Stralingsisolatie
  • Dak- en vloerisolatie

Slide 7 - Slide

Lees blz. 112 en 113 door:
De warmte die naar buiten verdwijnt, moet meteen weer worden aangevuld. Anders daalt de temperatuur in huis steeds verder, tot het binnen even koud is als buiten. Daarom is een cv-ketel of een warmtepomp bij koud weer voortdurend in bedrijf om de temperatuur in huis op peil te houden.

Als een huis slecht is geïsoleerd, verdwijnt er veel warmte naar buiten. Je kunt zo’n slecht geïsoleerd huis niet goed verwarmen met een warmtepomp. Die heeft een te klein vermogen om het warmteverlies naar buiten bij te houden. Met een cv-ketel gaat dat beter. Die moet dan wel steeds branden om de verloren warmte weer aan te vullen.

Je kunt het warmteverlies tegengaan door het huis te isoleren. De cv-ketel hoeft dan niet zoveel warmte te leveren om voor een aangename temperatuur te zorgen. Door het huis te isoleren lekt er minder warmte naar buiten en kun je het energieverbruik dus verlagen.

Je kunt het warmteverlies door een muur tegengaan door tegen de muur een laag isolatiemateriaal aan te brengen. Ook daken en vloeren worden vaak op deze manier geïsoleerd. Een vijf centimeter dikke laag isolatiemateriaal kan het warmteverlies door een muur vier keer zo klein maken.

Isolatiematerialen zitten vol met kleine ruimtes waar lucht in zit (figuur 2). Doordat die lucht in de kleine ruimtes zit opgesloten, kan er geen stroming ontstaan. Lucht geleidt de warmte erg slecht, veel slechter dan bijvoorbeeld plastic, glas of een andere vaste stof.

Er zijn nog veel meer manieren om een huis te isoleren. Een paar voorbeelden:

Dubbelglas
Door de ramen van een huis verdwijnt veel warmte naar buiten. Vooral als er tussen de lucht in de kamer en de koude buitenlucht maar één dun laagje glas zit. Daarom hebben bijna alle huizen tegenwoordig dubbelglas (figuur 3).
Door enkelglas te vervangen door dubbelglas kun je het warmteverlies door de ruit twee keer zo klein maken. Dubbelglas isoleert vooral goed door de laag stilstaande lucht tussen de twee glasplaten. Steeds meer mensen kiezen voor dubbel hr++ glas of driedubbel hr+++ glas, met een reflecterende laag op de binnenste glasplaat. Deze glassoorten isoleren nog beter dan ‘gewoon’ dubbelglas.

Spouwmuurisolatie
Veel huizen hebben dubbele muren, waartussen zich een laag lucht bevindt: de spouw. De spouw voorkomt dat er regenwater door de muur naar binnen kan dringen. De lucht in de spouw is een slechte geleider. Toch gaat er via de spouw veel warmte verloren. Dat komt doordat de warmte ook wordt vervoerd door stroming en vooral straling.
Het is mogelijk om de spouw te vullen met isolatiemateriaal (figuur 4). De warmte kan zich dan alleen door geleiding verplaatsen. Omdat isolatiemateriaal warmte slecht geleidt, kun je het warmteverlies zo meer dan twee keer zo klein maken.

Stralingsisolatie
Een radiator zendt naar alle kanten infrarode straling uit. Die straling verwarmt ook de muur waar de radiator aan hangt. Een deel van die warmte gaat vervolgens via de muur verloren. Dit warmteverlies kun je tegengaan door een laag glanzende folie op de muur te bevestigen. De folie kaatst de straling terug de kamer in, zodat die de muur niet kan verwarmen.

Dak- en vloerisolatie
Daken en vloeren kun je isoleren met isolatiematerialen zoals glas- en steenwol, polystyreen en luchtkussenfolie. Het isolerend effect is vooral te danken aan de lucht die in deze materialen zit opgesloten.

Checken of alles begrepen is

6.4 Isoleren

Met een goed geïsoleerd huis kan je heel veel geld besparen. Jij kan die besparingen berekenen.

Slide 8 - Slide

Door je huis te isoleren, kun je het energieverbruik voor verwarming flink omlaag brengen. Dat heeft voordelen voor het milieu, en het levert ook geld op. Elke m3 aardgas die je bespaart, betekent minder luchtverontreiniging én een lagere energierekening. Natuurlijk kost isoleren ook geld. Het duurt een aantal jaren voor je de kosten van de isolatiemaatregelen weer hebt terugverdiend.

Leerlingen lezen zelfstandig voorbeeldopdracht door en steken hun vinger omhoog als ze klaar zijn.
Controle: vingers omhoog als je dit niet begrijpt.
Samenvatting
timer
2:30

Slide 9 - Slide

Lees binnen de tijd door.
Aan de slag
Maak opdr. 1 t/m 6 van 6.4 van nova. 
Deze heb je 5 minuten voor het eind van de les af.
Wanneer je dit af hebt maak je test jezelf. 

Alles af? Laat dit bij je docent checken, dan mag je wat voor jezelf doen.
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Aan de slag met de opdrachten op het bord

Afsluiten
Volgende les: ijsblokjes challenge, wie kan zijn ijsblokje het beste isoleren?

Neem materiaal mee om een ijsblokje te isoleren. Zorg er voor dat je nadenkt over hoe je de verschillende vormen van warmteverlies tegen kan gaan. 

Let op! Je mag geen thermosfles gebruiken!

Slide 11 - Slide

Uitleggen van de opdracht.

Spullen opruimen.
Stoel aanschuiven, raam dicht, zonnescherm omhoog.
Wachten bij de deur.