Les 5 inclusie Gender

Les 5 inclusie
Boek Pedagogiek ho.3
1 / 13
next
Slide 1: Slide
PDOMBOStudiejaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les 5 inclusie
Boek Pedagogiek ho.3

Slide 1 - Slide

Doel van deze les
Aan het eind van deze les weet je
                                Doel van deze les:
 Aan het einde van de les weet je


Tijdens de les kun je: 
-theorie van de vorige les toepassen in de vragen.

Aan het eind van de les kun je:
- de verschillende benamingen mbt gender benoemen
- weet je wat cisgender en genderdysforie is
- weet je hoe je vorm kunt geven aan je taak als rolmodel

Slide 2 - Slide

Wat is het verschil tussen karakter en temperament?
A
Met karakter word je geboren. Je temperament wordt ontwikkelt door contact met mensen om je heen.
B
Met temperament word je geboren en je karakter ontwikkelt zich door contact met mensen om je heen.
C
Karakter en temperament liggen al bij je geboorte vast.
D
Karakter en temperament ontwikkelen zich door contact met mensen.

Slide 3 - Quiz

Waardoor is je referentiekader veranderbaar?

Slide 4 - Mind map

Elk kind, ongeacht zijn beperking, is welkom op school.
Waar is dit een voorbeeld van?
A
Inclusiemodel
B
Diversiteit
C
Norm
D
Referentiekader

Slide 5 - Quiz

Waar of niet waar?
Opvallend gedrag kan zowel negatief als positief zijn.
A
Waar
B
Nie waar

Slide 6 - Quiz

De vorige les hadden we het al over de term 'diversiteit'.   
Verschillende vormen van diversiteit:
-religie;
-geslacht;
-seksuele voorkeur; 
-gezinssamenstelling;
-uiterlijk;
-arm/rijk enz.


  
3.1 Overeenkomsten en verschillen.

Slide 7 - Slide

bekijk het filmpje:
https://youtube.com/shorts/yOpxCxJm1IE?feature=shared

Slide 8 - Slide


Zoek het maar uit!

Waar staan de letters LHBTQIA+ voor?
Geef een uitleg bij iedere letter.

Wat is cisgender en genderdysforie?

Wie heeft hier, vanuit eigen omgeving, ervaring mee?

3.4 Gender en sekse

Slide 9 - Slide

3.4 Gender en sekse

Slide 10 - Slide

3.4 Gender en sekse
aangeboren


    en/of


aangeleerd
hormonen
testosteron en serotonine
opvoeding
bv: genderneutrale opvoeding (waar denk je aan?)
invloed van de omgeving

Slide 11 - Slide

3.4 Gender en sekse
Rolmodel:  Je hebt veel invloed op de ontwikkeling van kinderen. Stem af op wat het kind nodig heeft.
  • taalgebruik
  • respectvol spreken
  • stereotype klusjes uitdelen

Slide 12 - Slide






Na de kerstvakantie  meenemen: boek DCO hoofdstuk 5



                                                                      


Slide 13 - Slide