examen HAVO 2018 tijdvak I

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Je hebt voorbereid

- tekst 1, 5, en 11

verbieden

(ver)krijgen

(het) zonder doen

verbeteren

(s')améliorer

interdire (interdit)

se passer de

obtenir (obtiennent)

Faut-il interdire le téléphone portable à l'école, vraag 1: typ je antwoord zonder nummers en zonder (bijv: wel wel)

42, l’école informatique du futur, vraag 16: typ je antwoord zonder nummers en zonder (bijv: wel wel)

42, l’école informatique du futur, vraag 17

1. A
2. B
3. C
4. D

42, l’école informatique du futur, vraag 18

1. A
2. B
3. C
4. D

42, l’école informatique du futur, vraag 16: typ je antwoord zonder nummers en zonder (bijv: wel wel)

42, l’école informatique du futur, vraag 20: typ je antwoord

Uit de tekst: De plus, la sélection des élèves y est très différente de celle des autres écoles. Waarnaar verwijst 'celle'?

1. la sélection
2. les élèves
3. l'école

Uit de tekst: Tout commence par une longue suite de tests logiques sur Internet pour les 20 000 candidats. 3 000 d’entre eux sont ensuite choisis pour passer un mois d’évaluation intensive dans l’école.
Waarnaar verwijst 'eux'?

1. les tests logiques
2. les candidats

Minces, jeunes, heureuses, comment font-elles ?, vraag 41: typ je antwoord zonder nummers en zonder komma's

Minces, jeunes, heureuses, comment font-elles ?, vraag 42

1. A
2. B
3. C
4. D

Je hebt voorbereid: tekst 6, 9 en 12. 

alinea 1

alinea 2

alinea 3

alinea 4

A

B

C

D

E

Wwoofing, une façon différente de voyager, vraag 33.

1. A
2. B
3. C
4. D

Wwoofing, une façon différente de voyager, vraag 34.

1. A
2. B
3. C
4. D

Wwoofing, une façon différente de voyager, vraag 35.

1. A
2. B
3. C
4. D

Wwoofing, une façon différente de voyager, vraag 36.

1. A
2. B
3. C
4. D

Le supermarché reste ouvert sans salarié, vraag 43: typ je antwoord (bijv. a b c d)

Je hebt voorbereid: tekst 2, 8 en 10. 

VRAI ou FAUX?

1 Bibendum toont de technische kwaliteiten zijn Michelinbanden, maar ook de waarden van het bedrijf.

2 De broers Michelin presenteren het eerste Michelin mannetje tijdens een salon in Lyon in 1894.

3 Het bedrijf kiest voor de slogan Nunc est bibendum om aan te geven dat Bibendum alles aan kan (alles kan drinken).

4 De reclames van Michelin zijn erg modern voor hun tijd.

5 De broers Michelin nemen hun concurrent Dunlop over.

6 Bibendum verschijnt in filmpjes en er worden figuurtjes van gemaakt.

Le fameux bonhomme Michelin, vraag 2.

1. A
2. B
3. C
4. D

Le fameux bonhomme Michelin, vraag 3.

1. A
2. B
3. C
4. D

Zep, professionnel de la BD, vraag 29.

1. A
2. B
3. C
4. D

Zep, professionnel de la BD, vraag 30.

1. A
2. B
3. C
4. D

Zep, professionnel de la BD, vraag 31.

1. A
2. B
3. C
4. D

Zep, professionnel de la BD, vraag 32.

1. A
2. B
3. C
4. D

Gabriel, le top-modèle, vraag 41.

1. A
2. B
3. C
4. D

Voor de volgende les

Maak tekst 3, 5, 11  volgens aanpak (onderstrepen, onbekende woorden noteren, Franstalig antwoord vertalen).

 

Je hebt voorbereid

- tekst 3, 5, 11

Comment

D'où

Où

Qui

Wie

Hoe

Waar

Waar vandaan

Cirque du soleil, vraag 4.

1. A
2. B
3. C
4. D

Cirque du Soleil, vraag 5: typ je antwoord

Cirque du soleil, vraag 6

1. A
2. B
3. C
4. D

Cirque du soleil, vraag 7

1. A
2. B
3. C
4. D

Welke onderstreepte
woorden in de tekst Cirque du Soleil
zijn SIGNAALWOORDEN?

La maison privée la plus chère du monde, vraag 10: typ je antwoord.

La maison privée la plus chère du monde, vraag 11

1. A
2. B
3. C

Sculptures de sable, vraag 33:

1. A
2. B
3. C
4. D

Sculptures de sable, vraag 34:

1. A
2. B
3. C
4. D

Sculptures de sable, vraag 35:

1. A
2. B
3. C
4. D

Sculptures de sable, vraag 36: typ je antwoord.

Je hebt voorbereid

- tekst 6 + 14

décrire

illustrer

expliquer

montrer

souligner

bena-drukken

uitleg-gen

aan-tonen

ver-duidelijken

omschrijven

La caravane du Tour de France, vraag 12:

1. A
2. B
3. C
4. D

La caravane du Tour de France, vraag 13:

1. A
2. B
3. C
4. D

La caravane du Tour de France, vraag 14: typ je antwoord

La caravane du Tour de France, vraag 15:

1. A
2. B
3. C
4. D

La caravane du Tour de France, vraag 16:

1. A
2. B
3. C
4. D

Une recette de pain, vraag 42: typ je antwoord (bijv. 2e, 3a, ...)