past continuous

English class
Miss gerritsen
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

English class
Miss gerritsen

Slide 1 - Slide

past continuous + (past simple)
als er in het verleden iets een tijdje aan de gang was.

I was listening to music

Slide 2 - Slide

past continuous
je maakt de past continuous met
was/were + werkwoord + ing
I was watching tv
was? were?

Slide 3 - Slide

was or were?
Was gebruiken bij: I, he, she, it
Were gebruiken bij: we, you, they

Slide 4 - Slide


was/were + werkwoord + ing

We were looking for our dog

Slide 5 - Slide

Past continuous
(+)We ________ (look) for our dog

Slide 6 - Open question

Past continuous
(+)I ________ (watch) tv when he walked in

Slide 7 - Open question

She _______(walk) home when he called her

Slide 8 - Open question

we _______(search) for our keys when he walked in

Slide 9 - Open question

(-)Ontkennen

Slide 10 - Slide

(-)He __________(pay) attention in class

Slide 11 - Open question

We _____(look) when he walked through the door

Slide 12 - Open question

(?)Vraagzin
were / was + persoon + werkwoord + ing

Were you doing anything ?

Slide 13 - Slide

________(she/write) her essay when he walked in?

Slide 14 - Open question

Past continuous + past simple
Past continuous -> was/were + ww + ing
Past simple -> ww + ed 

Slide 15 - Slide

Beide vormen in 1 zin
Past continuous - de lange activiteit.
Past simple de korte (past simple onderbreekt vaak).

I was watching TV when he walked in.

Slide 16 - Slide

Gebruik beide vormen in 1 zin
It _______(snow) when I _____(wake) up

Slide 17 - Open question

Gebruik beide vormen in 1 zin
I _______ (sleep) when you _____(call)

Slide 18 - Open question

We ________(watching) when the power ______(go) off

Slide 19 - Open question

I _______(talk) on the phone when my sister ______(arrive)

Slide 20 - Open question

Conclusie
Als twee gebeurtenissen tegelijk gebeurden, kun je de past continuous en de past simple in één zin gebruiken.
Je gebruikt de past continuous voor de activiteit die het langst duurde en de past simple voor de kortere activiteit. Vaak onderbrak de korte activiteit de langere activiteit

Slide 21 - Slide

samenvatting
Past simple - gebeurt in het verleden -> afgelopen
present perfect - gebeurt in het verleden -> gaat nog steeds door
Past continuous - Om te zeggen dat iets in het verleden een tijdje duurde/ aan de gang was.

Slide 22 - Slide

Past simple ->
 (+) werkwoord + ed (of onregelmatige ww)
(-) didn't + werkwoord
(?) did + persoon + werkwoord
I worked at home yesterday


Slide 23 - Slide

Present perfect
(+)have/has + werkwoord + ed(of onregelmatig ww)
(-) haven't + hasn't + werkwoord + ed (of onregelmatig ww)
(?) have/has + persoon+ werkwoord + ed(of onregelmatig ww)
I have lived here for three years

Slide 24 - Slide

Past continuous (aantekingen)
 (+) was / were + werkwoord + ing
(-) wasn't/weren't  + werkwoord + ing
(?) was/were + persoon + werkwoord +ing
We were looking for our dog

Slide 25 - Slide