Instructie spelling groep 4 week 3 les 1

• Spelling
• Basisschool
• Groep 4

spelling & klanken

Aan het einde van de les:

. Heb je sch- en schr- woorden opgefrist.

. Heb je geoefend met langermaakwoorden

. Weet je dat eer-oor-eur-woorden in het meervoud  klankgroepenwoorden worden.

. Weet je dat je ook klankgroepen woorden hebt met twee klankgroepen.

Hoor je na de s een g? Schrijf dan 'sch'.

Typ in het vak hieronder:
. 4 woorden die beginnen met sch-.

Kijk naar het filmpje van het langermaakwoord.
Typ in het vak hieronder.
. 3 langermaakwoorden met een -t.
. 3 langermaakwoorden met een -d
. 3 langermaakwoorden met een -b

doel: Je weet dat eer-oor-eur-woorden in het meervoud klankgroepenwoorden worden. Luister naar de uitleg!

Hoe zit dat nou precies?

een koor- twee koren

een meer- twee meren

een deur -twee deuren

Doel: Je weet dat je ook klankgroepenwoorden hebt met twee klankgroepen.

Hoe zit dan nou precies?

Verdeel de volgende woorden maar eens in klankgroepen en luister naar de uitleg:

de pantoffel - de pan to ffel

de professor- de pro fe ssor

de eilanden - de ei lan den

Typ klankgroepwoorden met 2 klankgroepen.

En dan nu......dictee! Klik op de luidspreker en typ de woorden en zin in het vak hieronder. Na het dictee typ je de categorieën erachter. Je mag je
categoriekaart gebruiken.

Als het goed is:

. Heb je sch- en schr- woorden opgefrist.

. Heb je geoefend met langermaakwoorden

. Weet je dat eer-oor-eur-woorden in het meervoud       klankgroepenwoorden worden.

. Weet je dat je ook klankgroepen woorden hebt met twee   klankgroepen.

. Heb je dictee gedaan!

Ik vond deze les

1. makkelijk
2. goed te doen
3. ik moest wel even nadenken
4. moeilijk