W23 EN 1M(K) Unit 5.4

1 / 44
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Goals this week
Aan het einde van de week ...
...beheers je de woordjes van lesson 5.3
...beheers je de Present Simple
...beheers je de woordjes van lesson 5.4
...heb je kennis gemaakt met 'short answers'.
...heb je kennis gemaakt met de zinnen van lesson 5.4
...is jouw leesvaardigheid verbeterd m.b.v. readtheory
...heb je d.m.v. een schrijfopdracht laten zien wat je nog nodig hebt om de Present Simple te kunnen gebruiken op A2 niveau. 

Slide 2 - Slide

Goals today
Aan het einde van de les ...

...beheers je de woordjes van lesson 5.3
...beheers je de Present Simple
...is jouw leesvaardigheid verbeterd m.b.v. readtheory

Slide 3 - Slide

Present Simple - herhaling
Op de volgende slides staat steeds wat uitleg en wat opdrachten.
Het gaat erom dat je in de present simple  vraagzinnen, ontkennende zinnen en bevestigende zinnen kunt maken. 


Slide 4 - Slide

The Present Simple
The SHIT Rule

The SHIT Rule heeft te maken met She, He, and IT.

The rule is:

Als het onderwerp she, he of it is, komt er een S achter het werkwoord.

Dus I dance wordt She dances.


Slide 5 - Slide

Timmy
every Saturday.
They never
with oil.
That tree
very fast.
I always
chocolate ice cream.
Those boys
in class very often.
cook
grows
dances
shout
choose
chooses
shouts
grow

Slide 6 - Drag question

The Present Simple
Questions

Om een vraag te maken, zet je do aan het begin van de zin:

 I like ice cream.     wordt          Do I like ice cream?

Als het onderwerp he, she of it is, gebruik je does. Trouwens, kijk ook eens naar wat er met de S gebeurt achter het werkwoord!

Bob plays football.   Wordt      Does Bob play football?


Slide 7 - Slide

The Present Simple




Questions

Maak de volgende zinnen vragend. Denk aan hoofdletters, vraagtekens en Do/Does! 
                                      


Slide 8 - Slide

My dog likes meat.

Slide 9 - Open question

That tree looks 100 years old.

Slide 10 - Open question

I never go to parties.

Slide 11 - Open question

The Queen of England plays golf every evening.

Slide 12 - Open question

The old man always sits in his chair.
the old man always
in his chair?
Turn the normal present simple sentence into a question
Do
Does
Is
sits
sit
sitting
Did

Slide 13 - Drag question

My sister likes everything pink.
my sister
everything pink?
Do
Does
Is
Be
likes
like
Did

Slide 14 - Drag question

The Present Simple
Ontkenningen 

Door don't of doesn't toe te voegen aan de zin, maak je de zin ontkennend. Denk aan de SHIT regel!
So not like this:
                                        I like not cookies. 

But like this:
                                       I don't like cookies 


Slide 15 - Slide

The Present Simple
Ontkenningen

Kijk wat er met het werkwoord gebeurt als we deze zin ontkennend maken:

                                 He plays video games every day.

                        He doesn't play video games every day.

De S verdwijnt na doesn't. Hetzelfde als bij de vragen!


Slide 16 - Slide

The Present Simple




Ontkenningen

Maak de volgende zinnen ontkennend. Denk aan hoofdletters, vraagtekens en don't/doesn't! 
                                      


Slide 17 - Slide

The girls wear the same dresses.

Slide 18 - Open question

The boy always cleans his plate after eating.

Slide 19 - Open question

They give out flyers every morning.

Slide 20 - Open question

eDition
Maak de volgende opdrachten. 
  • Hoofdstuk 5.3 -> practise more -> vocab 1, 2, 3, 4
  • Hoofdstuk 5.4 -> 32 
  • Hoofdstuk 5.4 -> practise more -> grammar 1

Als je klaar bent ga je 15 minuten lezen op Readtheory. 
Daarna ben je klaar voor vandaag en zien we je morgen terug. 

Slide 21 - Slide

Time to read in Readtheory - 15 mins
timer
17:00

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Goals today
Aan het einde van de les ...
...beheers je de woordjes van lesson 5.4
...heb je kennis gemaakt met 'short answers'.

Slide 25 - Slide

Do you want to read this funny news article from Facebook? +
Do you want to read this funny news article from Facebook? -
Have you ever read a fake news article? -
Is the article fake? +
Yes it is.
No I haven't
No I don't
Yes I do.

Slide 26 - Drag question

Answering questions
If someone asks you a question, you can give a long answer but you can also keep it short!

When you give a short answer, you say YES or NO + hulpwerkwoord or to be:

Do we know him? - Yes, we do. - No, we don't.
Can she see me? - Yes, she can. - No, she can't.
Have they read the book? - Yes, they have. - No, they haven't.
Is he hungry? - Yes, he is. - No, he isn't.

Slide 27 - Slide

Do you like him?
(Geef antwoord: ja - begin met hoofdletter en eindig met een punt!)

Slide 28 - Open question

Can you hear him?
(Geef antwoord: nee - begin met hoofdletter en eindig met een punt!)

Slide 29 - Open question

Why should you give a short answer to a question instead of just 'yes' or 'no'?

Slide 30 - Open question

Do you like cheese?
(Geef antwoord: nee - begin met hoofdletter en eindig met een punt!)

Slide 31 - Open question

Are you ready?
(Geef antwoord: yes - begin met hoofdletter en eindig met een punt!)

Slide 32 - Open question

Is it finished?
(Geef antwoord: nee - begin met hoofdletter en eindig met een punt!)

Slide 33 - Open question

eDition
Maak de volgende opdrachten. 
Daarna ben je klaar voor vandaag. 
Unit 5.4 -> exercise: 30, 31, 33
Unit 5.4 -> practise more -> grammar 2

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Goals today
Aan het einde van de les ...
...beheers je de woordjes van lesson 5.4
...heb je kennis gemaakt met de zinnen van lesson 5.4
...heb je d.m.v. een schrijfopdracht laten zien wat je nog nodig hebt om de Present Simple te kunnen gebruiken op A2 niveau. 

Slide 37 - Slide

Writing week 23 - Present Simple
Deze week ga je een schrijfopdracht doen. 10 zinnen in totaal.

Doel: Laten zien of je nog iets nodig hebt bij de Present Simple. 

Slide 38 - Slide

Let op :)

Wil je nou nog uitleg over 'Present Simple' en er meer mee oefenen voordat je aan de opdracht begint? Klik op de volgende dia :) 

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Link

De opdracht:
  1. Schrijf 3 zinnen op over iets wat jij eigenlijk altijd doet. (gamen, naar school fietsen, wit brood eten, je oplader vergeten...verzin iets leuks)
  2. Schrijf 2 zinnen op over iets wat je normaalgesproken NIET doet. (Fruit eten, bellen op de fiets, te laat komen...maak er wat moois van)
  3. Schrijf 3 zinnen op over wat Donald Duck normaalgesproken altijd doet. (Vallen, slapen op zijn werk, Oom Dagobert helpen, zijn neefjes achterna zitten...ik merk het wel)
  4. Schrijf 2 zinnen op over wat Donald Duck normaalgesproken NIET doet. (Rustig blijven, Guus Geluk helpen, een goede indruk maken op Katrien...)
  5. Lever deze zinnen in bij jouw docent. Natuurlijk mag je er bij vertellen wat je er van vond en of je nog iets nodig hebt.  
  6. Je krijgt geen cijfer. Dit is alleen om te zien of je nog hulp nodig hebt bij de Present Simple.  

Slide 41 - Slide

TIP!
TIP: Besteed niet te lang aan het bedenken van dingen die jij of Donald wel of juist niet doen. Het gaat om het gebruik van de Present Simple. Als je iets schrijft wat niet helemaal waar is, is dat natuurlijk geen enkel probleem.  

Slide 42 - Slide

eDition
Als je de opdracht van de vergelijkingen aan jouw docent hebt gegeven en de volgende opdrachten af hebt, ben je klaar voor deze week. 

  • Unit 5.4 -> exercise 34, 35
  • Unit 5.4 -> practise more -> vocab 1, 2, 3

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide