vocabulaire havo 3 hoofdstuk 1 en 2

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

vocabulaire havo 3 hoofdstuk 1 en 2

op school =

1. en école
2. à l'école
3. au l'école
4. à école

Het tegenovergestelde van devant =

1. à plus
2. près de
3. drôle
4. derrière

Le sens de l'humour =

1. gevoel voor drama
2. een sensor
3. gevoel voor liefde
4. gevoel voor grapjes

wat komt er na cent, mille, .......

Wat is correct: mon amie est ...

1. américain
2. Américain
3. américaine
4. américaines

wat zijn de uitgangen van de regelmatige ww op -ir

wat is goed?

1. ils grandissons
2. ils grandit
3. ils grandissent
4. ils grandissez

faire la grasse matinée =

1. uitslapen
2. gras eten
3. vroeg naar bed gaan
4. afwassen

het tegenovergestelde van tard =

verbuig het werkwoord réfléchir in de présent

se reposer =

1. slapen
2. uitrusten
3. uitgaan
4. sporten